Gerechtshof Den Haag, 21-09-2016, ECLI:NL:GHDHA:2016:2868, BK-15/01206, BK-15/01207 en BK-15/01208
Gerechtshof Den Haag, 21-09-2016, ECLI:NL:GHDHA:2016:2868, BK-15/01206, BK-15/01207 en BK-15/01208
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Den Haag
- Datum uitspraak
- 21 september 2016
- Datum publicatie
- 27 oktober 2016
- ECLI
- ECLI:NL:GHDHA:2016:2868
- Formele relaties
- Eerste aanleg: ECLI:NL:RBDHA:2015:15468, Bekrachtiging/bevestiging
- Zaaknummer
- BK-15/01206, BK-15/01207 en BK-15/01208
Inhoudsindicatie
In geschil is of de Inspecteur bij uitspraak op bezwaar de naheffingsaanslagen te hoog heeft vastgesteld en of aan belanghebbende terecht boetes zijn opgelegd.
Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Team Belastingrecht
meervoudige kamer
nummers BK-15/01206, BK-15/01207 en BK-15/01208
uitspraak van 21 september 2016
in het geding tussen:
[X] te [Z] , belanghebbende,
en
de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Den Haag, de Inspecteur,
inzake het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag van 12 november 2015, nummers SGR 15/2821, SGR 15/2822 en SGR 15/2823, betreffende de hierna te melden naheffingsaanslagen en beschikkingen.
Naheffingsaanslagen, beschikkingen, bezwaar en geding in eerste aanleg
2007 (BK-15/01206, SGR 15/2821)
De Inspecteur heeft aan belanghebbende op 5 december 2012 een naheffingsaanslag in de loonheffingen over het jaar 2007 opgelegd van € 42.026. Tevens is een vergrijpboete van € 18.750 opgelegd en is € 6.758 heffingsrente in rekening gebracht.
2008 (BK-15/01207, SGR 15/2822)
Over het jaar 2008 heeft de Inspecteur belanghebbende een naheffingsaanslag in de loonheffingen opgelegd van€ 32.237. Tevens is een vergrijpboete opgelegd van € 18.750 en is € 3.519 heffingsrente in rekening gebracht.
2010 (BK-15/01208, SGR 15/2823)
De Inspecteur heeft op 5 december 2012 tevens en naheffingsaanslag in de loonheffingen opgelegd over het jaar 2010 van € 18.227. Tevens is een vergrijpboete opgelegd van € 18.750 en is € 912 heffingsrente in rekening gebracht.
Alle jaren
De Inspecteur heeft bij in één geschrift vervatte uitspraken op bezwaar van 6 maart 2015:
- de naheffingsaanslag over het jaar 2007 verminderd naar een bedrag van € 14.479 en de boete en heffingsrente naar respectievelijk € 5.000 en € 2.328;
- de naheffingsaanslag over het jaar 2008 verminderd naar een bedrag van € 30.784 en de boete en heffingsrente naar respectievelijk € 10.000 en € 3.360;
- de naheffingsaanslag over het jaar 2010 verminderd naar een bedrag van € 17.542 en de boete en heffingsrente naar respectievelijk € 5.000 en € 877.
De rechtbank heeft de beroepen voor zover gericht tegen de naheffingsaanslagen en de daarbij gegeven beschikkingen heffingsrente ongegrond verklaard, de beroepen voor zover gericht tegen de boetebeschikkingen gegrond verklaard, de uitspraken op bezwaar voor zover deze betrekking hebben op de boetebeschikkingen vernietigd; de boetes verminderd tot € 1.447 voor 2007, € 3.078 voor 2008 en € 1.754 voor 2010 met vergoeding aan belanghebbende door de Inspecteur van de proceskosten van € 980 en het griffierecht van € 45.