Home

Gerechtshof Den Haag, 17-02-2016, ECLI:NL:GHDHA:2016:342, BK-15/00289

Gerechtshof Den Haag, 17-02-2016, ECLI:NL:GHDHA:2016:342, BK-15/00289

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Den Haag
Datum uitspraak
17 februari 2016
Datum publicatie
2 maart 2016
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2016:342
Zaaknummer
BK-15/00289

Inhoudsindicatie

In geschil is of de waarde van de woning op de waardepeildatum op een te hoog bedrag is vastgesteld.

Uitspraak

GERECHTSHOF DEN HAAG

Team Belastingrecht

meervoudige kamer

nummer BK-15/00289

Uitspraak d.d. 17 februari 2016

in het geding tussen:

[X] B.V. h.o.d.n. [Y] te [Z] , belanghebbende,

en

de heffingsambtenaar van de gemeente [Z], de heffingsambtenaar,

op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 25 februari 2015, nummer ROT 14/3064 betreffende de onder 1.1 vermelde beschikking en aanslag.

Beschikking, aanslag, bezwaar en geding in eerste aanleg

1.1.

De heffingsambtenaar heeft bij beschikking op grond van artikel 22 van de Wet waardering onroerende zaken (hierna: de Wet WOZ) de waarde op 1 januari 2013 (hierna: de waardepeildatum) van de onroerende zaak, plaatselijk bekend als [A] te [Z] (hierna: de woning), voor het kalenderjaar 2014 vastgesteld op € 480.000 (hierna: de beschikking). Met de beschikking is in één geschrift bekendgemaakt en verenigd de aan belanghebbende voor het jaar 2014 opgelegde aanslag in de onroerendezaakbelastingen (hierna: de aanslag) van de gemeente [Z] .

1.2.

De heffingsambtenaar heeft het tegen de beschikking en de aanslag gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.

1.3.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak op bezwaar beroep ingesteld bij de rechtbank. Er is een griffierecht geheven van € 328.

1.4.

De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.

Loop van het geding in hoger beroep

2.1.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de rechtbank hoger beroep ingesteld. In verband daarmee is door de griffier een griffierecht geheven van € 497. De heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend.

2.2.

De mondelinge behandeling van de zaak heeft plaatsgehad ter zitting van het Hof van 7 oktober 2015. Partijen zijn verschenen. Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt.

Vaststaande feiten

3.1.

Belanghebbende is eigenaar van de woning. De woning is een appartement met een berging en een parkeerplaats in de ondergrondse kelder. De inhoud van de woning is ongeveer 469 m3 en de oppervlakte bedraagt ongeveer 145 m2.

3.2.

De heffingsambtenaar heeft in de procedure bij de rechtbank een taxatierapport overgelegd. Tot het taxatierapport behoort een matrix die onder meer de hieronder opgenomen gegevens van de woning en van enkele, naar de opvatting van de heffingsambtenaar met de woning vergelijkbare, woningen (hierna: de vergelijkingsobjecten) bevat (hierna: de matrix).

Adres

Woningtype

Bouwjaar

Inhoud

Prijs per m3

Koopsom

Transactiedatum

[A]

Appartement

2006

469 m3

€ 1.023

-

-

[B]

Appartement

2009

372 m3

€ 1.323

€ 492.000

16 december 2011

[C]

Appartement

2005

513 m3

€ 1.206

€ 618.500

27 januari 2012

[D]

Appartement, begane grond

2009

362 m3

€ 912

€ 330.000

19 september 2011

[E]

Appartement

2007

395 m3

€ 937

€ 370.000

3 juni 2013

[F]

Appartement, begane grond

2006

358 m3

€ 782

€ 280.000

16 juli 2013

[G]

Appartement

2007

395 m3

€ 1.134

€ 448.000

3 december 2013

3.3.

In hoger beroep heeft de heffingsambtenaar gegevens betreffende een nieuw vergelijkingsobject aan de onder 3.2 vermelde gegevens toegevoegd, namelijk:

Adres

Woningtype

Bouwjaar

Inhoud

Prijs per m3

Koopsom

Transactiedatum

[H]

Appartement

2006

469 m3

€ 1.051

€ 480.000

4 maart 2014

Oordeel van de rechtbank

Geschil en standpunten en conclusies van partijen

Beoordeling van het geschil

Proceskosten

Beslissing