Gerechtshof Den Haag, 13-01-2016, ECLI:NL:GHDHA:2016:93, BK-15/00782
Gerechtshof Den Haag, 13-01-2016, ECLI:NL:GHDHA:2016:93, BK-15/00782
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Den Haag
- Datum uitspraak
- 13 januari 2016
- Datum publicatie
- 26 januari 2016
- ECLI
- ECLI:NL:GHDHA:2016:93
- Formele relaties
- Cassatie: ECLI:NL:HR:2016:1435
- Zaaknummer
- BK-15/00782
Inhoudsindicatie
Tussen partijen is in geschil of de aanslag tot het juiste bedrag is opgelegd.
Belanghebbende stelt zich op het standpunt dat dit niet het geval is. Er is z.i. onvoldoende rekening gehouden met de door hem in verband met de ziekte van hem en zijn zoon gemaakte kosten.
Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Team Belastingrecht
meervoudige kamer
nummer BK-15/00782
Uitspraak d.d. 13 januari 2016
in het geding tussen:
[X] te [Z] , belanghebbende,
en
de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Den Haag, de Inspecteur,
op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag van 29 mei 2015, nummer SGR 14/11738, betreffende de onder 1.1 vermelde aanslag en beschikkingen.
Aanslag, beschikkingen, bezwaar en geding in eerste aanleg
Aan belanghebbende is voor het jaar 2012 een aanslag in de inkomstenbelasting en de premie volksverzekeringen opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van nihil (hierna: de aanslag). Bij gelijktijdig gegeven beschikkingen heeft de Inspecteur de niet in aanmerking genomen persoonsgebonden aftrek vastgesteld op € 786 alsmede € 44 aan heffingsrente in rekening gebracht. De aanslag resulteerde in een te betalen bedrag van € 991 waarin begrepen een bedrag van € 947 wegens een eerder verleende voorlopige teruggaaf.
Bij in één geschrift vervatte uitspraken op bezwaar heeft de Inspecteur belanghebbendes bezwaar afgewezen.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraken op bezwaar beroep bij de rechtbank ingesteld. Ter zake daarvan is een griffierecht geheven van € 45.
De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.