Gerechtshof Den Haag, 04-04-2017, ECLI:NL:GHDHA:2017:1125, BK-16/00480
Gerechtshof Den Haag, 04-04-2017, ECLI:NL:GHDHA:2017:1125, BK-16/00480
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Den Haag
- Datum uitspraak
- 4 april 2017
- Datum publicatie
- 2 mei 2017
- ECLI
- ECLI:NL:GHDHA:2017:1125
- Zaaknummer
- BK-16/00480
Inhoudsindicatie
Tussen partijen is in geschil de hoogte van het bedrag van de met de belastbare winst 2013 te verrekenen verliezen. Daarbij is uitsluitend in geschil of de toegepaste volgorde van verliesverrekening op de juiste wijze heeft plaats gevonden. Tevens is in geschil of het vertrouwensbeginsel is geschonden.
Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Team Belastingrecht
meervoudige kamer
nummer BK-16/00480
Uitspraak d.d. 4 april 2017
in het geding tussen:
[X] B.V., gevestigd te [Z] , belanghebbende,
en
de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Rotterdam, de Inspecteur,
op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag (de Rechtbank) van 20 september 2016, nummer SGR 16/238, betreffende de hierna vermelde aanslag en beschikkingen.
Aanslag, beschikkingen, bezwaar en geding in eerste aanleg
Aan belanghebbende is voor het jaar 2013 een aanslag in de vennootschapsbelasting opgelegd naar een belastbaar bedrag van € 14.220. Bij deze aanslag is de belastbare winst vastgesteld op € 15.650, waarmee bij beschikking een verlies uit voorgaande jaren is verrekend van € 1.430. Gelijktijdig met het vaststellen van de aanslag is bij afzonderlijke beschikking een bedrag van € 179 aan belastingrente in rekening gebracht.
Bij uitspraak op bezwaar heeft de Inspecteur het bezwaar tegen de aanslag en beschikkingen afgewezen.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak op bezwaar beroep bij de Rechtbank ingesteld. De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.