Gerechtshof Den Haag, 06-10-2017, ECLI:NL:GHDHA:2017:2861, BK-16/00365
Gerechtshof Den Haag, 06-10-2017, ECLI:NL:GHDHA:2017:2861, BK-16/00365
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Den Haag
- Datum uitspraak
- 6 oktober 2017
- Datum publicatie
- 11 oktober 2017
- ECLI
- ECLI:NL:GHDHA:2017:2861
- Formele relaties
- Cassatie: ECLI:NL:HR:2018:690
- Zaaknummer
- BK-16/00365
Inhoudsindicatie
In hoger beroep is in geschil: of de aanslag diende te voldoen aan de vereisten die in artikel 16 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR) aan een navorderingsaanslag worden gesteld en zo ja, of deze vereisten aan het opleggen van de aanslag in de weg stonden; of de Inspecteur onrechtmatig, althans onredelijk en willekeurig, heeft gehandeld doordat hij de aangifte van belanghebbende aan een nader onderzoek heeft onderworpen, enkel en alleen omdat deze aangifte is ingediend door de gemachtigde van belanghebbende; of de Inspecteur de in de aangifte vermelde uitgaven voor levensonderhoud van kinderen in aftrek had moeten toelaten; of de Inspecteur de in de aangifte vermelde uitgaven voor specifieke zorgkosten in aftrek had moeten toelaten en daarbij de uitgaven voor vervoer in verband met ziekte en invaliditeit in aanmerking had moeten nemen tot een bedrag van € 7.084 dan wel € 2.924.
Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Team Belastingrecht
meervoudige kamer
nummer BK-16/00365
Uitspraak van 6 oktober 2017
in het geding tussen:
[X] te [Z] , belanghebbende,
en
de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Den Haag, de Inspecteur,
op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag (de Rechtbank) van 7 juli 2016, nummer SGR 15/9375, betreffende de onder 1.1 vermelde aanslag en beschikking.
Beschikking, aanslag, bezwaar en geding in eerste aanleg
Met dagtekening 3 juli 2015 is aan belanghebbende een aanslag in de inkomstenbelasting en de premie volksverzekeringen (IB/PVV) voor het jaar 2012 opgelegd (de aanslag). De aanslag is berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 25.282. Bij gelijktijdig met de vaststelling van de aanslag gegeven beschikking heeft de Inspecteur belastingrente ten bedrage van € 199 in rekening gebracht (de belastingrentebeschikking).
Belanghebbende heeft tegen de aanslag en de belastingrentebeschikking bezwaar gemaakt. De Inspecteur heeft bij uitspraak op bezwaar van 12 november 2015 het bezwaar ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak op bezwaar beroep ingesteld bij de Rechtbank. Ter zake daarvan is een griffierecht van € 45 geheven.
De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.