Gerechtshof Den Haag, 05-09-2017, ECLI:NL:GHDHA:2017:3586, BK-17/00375
Gerechtshof Den Haag, 05-09-2017, ECLI:NL:GHDHA:2017:3586, BK-17/00375
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Den Haag
- Datum uitspraak
- 5 september 2017
- Datum publicatie
- 20 december 2017
- ECLI
- ECLI:NL:GHDHA:2017:3586
- Zaaknummer
- BK-17/00375
Inhoudsindicatie
Tussen partijen is in geschil of de Inspecteur niet tijdig een besluit heeft genomen naar aanleiding van de brief van 3 juni 2015 en of de Inspecteur wegens het niet tijdig nemen van een besluit een dwangsom van € 1.260 is verschuldigd.
Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Team Belastingrecht
enkelvoudige kamer
nummer BK-17/00375
Uitspraak d.d. 5 september 2017
in het geding tussen:
[X] , wonende te [Z] , belanghebbende,
en
de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Rotterdam, de Inspecteur,
op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag (hierna: de Rechtbank) van 25 januari 2017, nummer SGR 15/8126, betreffende het niet-tijdig beslissen op het schrijven van belanghebbende van 3 juni 2015, alsmede het verzoek om toekenning van een dwangsom.
Aanslag, bezwaar en geding in eerste aanleg
Aan belanghebbende is met dagtekening 27 april 2010 over het tijdvak 1 januari 2009 tot en met 31 december 2009 een naheffingsaanslag omzetbelasting opgelegd (hierna: de naheffingsaanslag).
Bij brief van 3 juni 2015 heeft belanghebbende medegedeeld dat hij over het tijdvak 1 januari 2009 tot en met 31 januari 2009 recht heeft op een teruggave van omzetbelasting van € 445.
Bij brief van 12 november 2015 heeft belanghebbende beroep ingesteld bij de Rechtbank tegen het niet tijdig nemen van een besluit naar aanleiding zijn brief van 3 juni 2015 alsmede tegen het niet tijdig geven van een dwangsombeschikking. De Rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard, de brief van 3 juni 2015 aangemerkt als een bezwaar, dit bezwaar niet-ontvankelijk verklaard en de Inspecteur veroordeeld in de proceskosten van belanghebbende tot een bedrag van € 12.