Home

Gerechtshof Den Haag, 16-05-2018, ECLI:NL:GHDHA:2018:1514, BK-17/00690 t/m BK-17/00692

Gerechtshof Den Haag, 16-05-2018, ECLI:NL:GHDHA:2018:1514, BK-17/00690 t/m BK-17/00692

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Den Haag
Datum uitspraak
16 mei 2018
Datum publicatie
21 juni 2018
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2018:1514
Formele relaties
Zaaknummer
BK-17/00690 t/m BK-17/00692

Inhoudsindicatie

Partijen komen ter zitting overeen dat de naheffingsaanslagen loonheffingen over de tijdvakken 2010 en 2011 moeten worden verminderd tot op respectievelijk € 5.000 en € 60.538, en dat de heffingsrentebeschikkingen dienovereenkomstig worden gewijzigd. Het Hof sluit zich aan bij dit compromis. Bij uitspraak van 16 mei 2018 doet het Hof hersteluitspraak omdat de naheffingsaanslag over het tijdvak 2011 ten onrechte was verminderd tot op € 5.000.

Uitspraak

Team Belastingrecht

meervoudige kamer

nummers BK-17/00690 t/m BK-17/00692

Uitspraak van 16 mei 2018 ter herstel van de uitspraak van 21 maart 2018

in het geding tussen:

[X] B.V. te [Z] , belanghebbende,

en

de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Den Haag, de Inspecteur,

gedaan ter verbetering van de uitspraak van het Hof van 21 maart 2018, nummers BK-17/00690 tot en met BK-17/00692, inzake het hoger beroep van de Inspecteur tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag (de Rechtbank) van 6 juni 2017, nummers SGR 16/2804, SGR 16/2806 en SGR 16/2811.

1 De uitspraak in het hoger beroep

1.1.

Het Hof heeft in deze zaak op 21 maart 2018 uitspraak gedaan. Nadien heeft de Inspecteur het Hof verzocht om de uitspraak op de volgende punten te verbeteren:

a. a) de aan belanghebbende opgelegde naheffingsaanslag loonheffingen over het tijdvak 2011 is verminderd tot op € 5.000 in plaats van tot op € 60.538;

b) de vergoeding van het door belanghebbende gestorte griffierecht is niet in de uitspraak vermeld.

1.2.

Bij brief van 4 april 2018 heeft de gemachtigde van belanghebbende het Hof meegedeeld het eens te zijn te zijn met de door de Inspecteur voorgestelde correcties.

1.3.1.

Het Hof heeft de naheffingsaanslag loonheffingen over het tijdvak 2011 verminderd tot op € 5.000, terwijl blijkens de uitspraak van de Rechtbank en het hogerberoepschrift van de Inspecteur de nageheven loonheffingen over het tijdvak 2011 tot een bedrag van € 55.538 tussen partijen niet in geschil zijn. Het door partijen ter zitting van het Hof bereikte compromis moet dan ook, voor zover het de naheffingsaanslag loonheffingen over het tijdvak 2011 betreft, aldus begrepen worden, partijen volgend, dat deze naheffingsaanslag wordt vastgesteld op € 60.538 (€ 50.538 + € 5.000). Dat brengt mee dat de naheffingsaanslag loonheffingen over het tijdvak 2011 ten onrechte is verminderd tot op € 5.000. Herstel van deze fout leidt ertoe dat:

- in rechtsoverweging 3.1 van de uitspraak de zinsnede "(ii) de naheffingsaanslag over het tijdvak 2011 wordt vastgesteld op € 5.000;" wordt vervangen door: "(ii) de naheffingsaanslag over het tijdvak 2011 wordt vastgesteld op € 60.538;"

- in het dictum van de uitspraak de zinsnede "vermindert de naheffingsaanslag over het tijdvak 2011 tot op € 5.000;" wordt vervangen door: "vermindert de naheffingsaanslag over het tijdvak 2011 tot op € 60.538;".

1.3.2.

De door de Inspecteur voorgestelde correctie, vermeld onder 1.1, sub b, neemt het Hof niet over. In deze zaak heeft de Inspecteur en niet belanghebbende hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de Rechtbank van 6 juni 2017. Derhalve is van belanghebbende in hoger beroep geen griffierecht geheven.

2 Beslissing

Het Gerechtshof:

-

verbetert de hierboven vermelde fout in de uitspraak van 21 maart 2018, nummers BK-17/00690 t/m BK-17/00692, en

-

stelt de verbetering op de minuut van die uitspraak.

Deze uitspraak is vastgesteld door G.J. van Leijenhorst, U.E. Tromp en F.G.F. Peters, in tegenwoordigheid van de griffier N. El Allaoui. De beslissing is op 16 mei 2018 in het openbaar uitgesproken.

aangetekend aan

partijen verzonden: