Home

Gerechtshof Den Haag, 26-09-2018, ECLI:NL:GHDHA:2018:2548, BK-18/00370

Gerechtshof Den Haag, 26-09-2018, ECLI:NL:GHDHA:2018:2548, BK-18/00370

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Den Haag
Datum uitspraak
26 september 2018
Datum publicatie
2 oktober 2018
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2018:2548
Formele relaties
Zaaknummer
BK-18/00370

Inhoudsindicatie

Belanghebbende is aandeelhouder van een BV die een coffeeshop exploiteert. Belanghebbende wil kosten van jachtpartijen waaraan is deelgenomen door de dga of die door hem werden georganiseerd in aftrek brengen. Het Hof oordeelt dat belanghebbende geen feiten en omstandigheden aannemelijk heeft gemaakt die de conclusie rechtvaardigen dat de jachtkosten ten behoeve van de zakelijk belangen van haar onderneming. In het onderhavige geval heeft belanghebbende een verlies aangegeven. Na de correctie van het bedrag van de in aftrek gebrachte jachtkosten blijft de belastbare winst negatief. Er is een nihilaanslag opgelegd. In zo’n geval kan geen boete ingevolge artikel 67d van de Awr worden opgelegd, omdat een (positieve) grondslag waarover de boete kan worden berekend ontbreekt.

Uitspraak

GERECHTSHOF DEN HAAG

Team Belastingrecht

meervoudige kamer

nummer BK-18/00370

Uitspraak van 26 september 2018

in het geding tussen:

[X] B.V. te [Z] , belanghebbende,

(gemachtigde: M.P. Slootweg),

en

de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Den Haag, de Inspecteur(vertegenwoordigers: S. Oudijn, W. Graafland en W. Oskam),

op het hoger beroep van de Inspecteur en het incidenteel hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag (de Rechtbank) van 19 januari 2018, nummer SGR 17/5345, betreffende de onder 1.1 vermelde aanslag en beschikkingen.

Aanslag, beschikkingen, bezwaar en geding in eerste aanleg

Loop van het geding in hoger beroep

Vaststaande feiten

Oordeel van de Rechtbank

Geschil in hoger beroep en conclusies van partijen

Beoordeling van het hoger beroep

Proceskosten en griffierecht

Beslissing