Gerechtshof Den Haag, 27-11-2018, ECLI:NL:GHDHA:2018:3249, BK-18/00586
Gerechtshof Den Haag, 27-11-2018, ECLI:NL:GHDHA:2018:3249, BK-18/00586
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Den Haag
- Datum uitspraak
- 27 november 2018
- Datum publicatie
- 18 december 2018
- ECLI
- ECLI:NL:GHDHA:2018:3249
- Formele relaties
- Eerste aanleg: ECLI:NL:RBDHA:2018:11986, Bekrachtiging/bevestiging
- Zaaknummer
- BK-18/00586
Inhoudsindicatie
Tussen partijen is in geschil of de aanslag terecht is berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 26.754. Meer in het bijzonder houdt partijen verdeeld of de inkomsten die belanghebbende heeft genoten met werkzaamheden aangaande financiële dienstverlening en zorgverlening door de Inspecteur terecht niet zijn aangemerkt als belastbare winst uit onderneming, maar als respectievelijk geen bron van inkomen en resultaat uit overige werkzaamheden. Belanghebbende beantwoordt deze vraag ontkennend, de Inspecteur bevestigend. Voorts vormt de hoogte van deze inkomsten en – indien sprake is van belastbare winst uit onderneming – of belanghebbende in het onderhavige jaar aan het urencriterium heeft voldaan, punt van geschil.
Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Team Belastingrecht
meervoudige kamer
nummer BK-18/00586
Uitspraak van 27 november 2018
in het geding tussen:
[X] te [Z] , belanghebbende,
(gemachtigde: O.G. van Laar)
en
de inspecteur van de Belastingdienst, de kantoor Den Haag, de Inspecteur,
(vertegenwoordiger: L. Thielen)
op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag (de Rechtbank) van 1 maart 2018, nummer SGR 17/4415, betreffende de aan belanghebbende voor het jaar 2012 opgelegde aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) en de gelijktijdig bij beschikkingen opgelegde verzuimboete en in rekening gebrachte belastingrente.