Gerechtshof Den Haag, 16-01-2019, ECLI:NL:GHDHA:2019:80, BK-18/00577
Gerechtshof Den Haag, 16-01-2019, ECLI:NL:GHDHA:2019:80, BK-18/00577
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Den Haag
- Datum uitspraak
- 16 januari 2019
- Datum publicatie
- 30 januari 2019
- ECLI
- ECLI:NL:GHDHA:2019:80
- Zaaknummer
- BK-18/00577
Inhoudsindicatie
Belanghebbendes lijfrentepolis expireerde op 1 juli 2013. Hij heeft niet binnen de wettelijke termijn de omvang van de lijfrentetermijnen laten vaststellen noch de lijfrenteaanspraak laten omzetten in een andere zodanige aanspraak. Belanghebbende heeft niet aannemelijk gemaakt dat sprake is van bijzondere omstandigheden op grond waarvan de wettelijke termijn kan worden verlengd. Niet aannemelijk is dat de overschrijding van de termijn niet aan belanghebbende was te wijten. Dit betekent dat de lijfrenteaanspraak wordt geacht te zijn afgekocht. Derhalve is terecht de waarde van de aanspraak tot het box 1-inkomen gerekend en revisierente in rekening gebracht.
Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Team Belastingrecht
meervoudige kamer
nummer BK-18/00577
Uitspraak van 16 januari 2019
in het geding tussen:
[X] te [Z] , belanghebbende,
en
de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Arnhem, de Inspecteur,
(vertegenwoordiger: H.J. Vos)
op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag (de Rechtbank) van 10 april 2018, nummer SGR 17/7313, betreffende de onder 1.1 vermelde aanslag en beschikkingen.