Home

Gerechtshof Den Haag, 15-07-2021, ECLI:NL:GHDHA:2021:1617, BK-21/00117

Gerechtshof Den Haag, 15-07-2021, ECLI:NL:GHDHA:2021:1617, BK-21/00117

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Den Haag
Datum uitspraak
15 juli 2021
Datum publicatie
28 juni 2022
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2021:1617
Formele relaties
Zaaknummer
BK-21/00117

Inhoudsindicatie

Compromis ter zitting

Uitspraak

Team Belastingrecht

meervoudige kamer

nummer BK-21/00117

in het geding tussen:

(gemachtigde: J.A. Huijgen)

en

(vertegenwoordigers: [A] en [B] )

op het hoger beroep van belanghebbende en het incidenteel hoger beroep van de Inspecteur tegen de uitspraak van de Rechtbank Den Haag (de Rechtbank) van 3 februari 2021, nummer SGR 19/3969.

Procesverloop

1.1.

Belanghebbende heeft een verzoek tot teruggaaf van overdrachtsbelasting ingediend. De Inspecteur heeft het verzoek tot teruggaaf van overdrachtsbelasting bij voor bezwaar vatbare beschikking (de beschikking) afgewezen.

1.2.

De Inspecteur heeft het bezwaar van belanghebbende tegen de beschikking afgewezen.

1.3.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak op bezwaar beroep ingesteld bij de Rechtbank. Ter zake van dit beroep is een griffierecht geheven van € 47. De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.

1.4.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld. Ter zake van dit hoger beroep is een griffierecht geheven van € 134. De Inspecteur heeft een verweerschrift ingediend en heeft voorts incidenteel hoger beroep ingesteld. Belanghebbende heeft daartegen verweer gevoerd. De Inspecteur heeft voorafgaand aan de zitting een pleitnota ingediend.

1.5.

De mondelinge behandeling van de zaken heeft plaatsgehad ter zitting van het Hof op 24 juni 2021. Partijen zijn verschenen. Met toestemming van partijen is tegelijkertijd het hoger beroep van [BV] in de zaak met zaaknummer BK-20/00131 behandeld.

Beoordeling van het geschil

2.1.

Partijen hebben ter zitting bij wege van compromis overeenstemming bereikt over wat hen verdeeld heeft gehouden, inhoudende dat (i) de beschikking in stand dient te blijven, en (ii) iedere partij haar eigen proceskosten draagt.

2.2.

Het Hof volgt partijen in het compromis, zal dienovereenkomstig beslissen en de uitspraak van de rechtbank bevestigen, wat er verder ook zij van de door haar gebezigde gronden.

Proceskosten

Gelet op het hiervoor overwogene zijn geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten als bedoeld in artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht.

Beslissing