Home

Gerechtshof Den Haag, 20-04-2021, ECLI:NL:GHDHA:2021:787, BK-20/00728 en BK-20/00729

Gerechtshof Den Haag, 20-04-2021, ECLI:NL:GHDHA:2021:787, BK-20/00728 en BK-20/00729

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Den Haag
Datum uitspraak
20 april 2021
Datum publicatie
11 mei 2021
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2021:787
Zaaknummer
BK-20/00728 en BK-20/00729

Inhoudsindicatie

Belanghebbende heeft in haar aangiften IB/PVV 2012 en 2013 giften aan een instelling opgevoerd als aftrekpost. De Inspecteur heeft de giften, na door belanghebbende verstrekte giftkwitanties en bankafschriften, in aftrek toegestaan. Uit strafrechtelijk onderzoek is gebleken dat op grote schaal valse giftkwitanties van de instelling werden verhandeld voor een percentage van veelal 10%-12% van de op de kwitanties vermelde bedragen. Naar aanleiding daarvan heeft de Inspecteur de aftrek teruggenomen met navorderingsaanslagen en heeft daarbij vergrijpboeten opgelegd. Ten aanzien van de vergrijpboeten oordeelt het Hof dat de Inspecteur aannemelijk heeft gemaakt dat belanghebbende zich ervan bewust is geweest dat de aangiften voor wat betreft de giftenaftrek onjuist waren. De boeten van 75% zijn passend en geboden.

Uitspraak

Team Belastingrecht

meervoudige kamer

nummers BK-20/00728 en BK-20/00729

in het geding tussen:

(gemachtigde: G. Kaya)

en

(vertegenwoordigers: […] , […] , en […] )

op het hoger beroep van de Inspecteur tegen de uitspraak van de Rechtbank Den Haag (de Rechtbank) van 7 oktober 2020, nummers SGR 19/4934 en SGR 19/4935.

Procesverloop

Jaar 2012 – BK-20/00728

1.1.1.

Aan belanghebbende is over het jaar 2012 een navorderingsaanslag in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 20.793 (de navorderingsaanslag 2012). Bij gelijktijdig gegeven beschikkingen is € 174 aan belastingrente in rekening gebracht en is een vergrijpboete opgelegd van € 759.

1.1.2.

Bij uitspraak op bezwaar heeft de Inspecteur belanghebbendes bezwaren tegen de navorderingsaanslag 2012 en de beschikkingen afgewezen.

Jaar 2013 – BK-20/00729

1.2.1.

Aan belanghebbende is over het jaar 2013 een navorderingsaanslag IB/PVV opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 27.031 (de navorderingsaanslag 2013). Bij gelijktijdig gegeven beschikkingen is € 347 aan belastingrente in rekening gebracht en is een vergrijpboete opgelegd van € 1.867.

1.2.2.

Bij uitspraak op bezwaar heeft de Inspecteur belanghebbendes bezwaren tegen de navorderingsaanslag 2013 en de beschikkingen afgewezen.

Beide jaren

1.3.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraken op bezwaar in één geschrift beroep bij de Rechtbank ingesteld. Ter zake daarvan is een griffierecht geheven van eenmaal € 47. De beslissing van de Rechtbank, waarbij belanghebbende is aangeduid als eiseres en de Inspecteur als verweerder, luidt:

"De rechtbank:

- verklaart de beroepen gegrond voor zover zij gericht zijn tegen de boetebeschikkingen;

- vernietigt de uitspraken op bezwaar voor zover die betrekking hebben op de boetebeschikkingen;

- vernietigt de boetebeschikkingen en bepaalt dat deze uitspraak in zoverre in de plaats treedt van het vernietigde deel van de bestreden uitspraken op bezwaar;

- verklaart de beroepen voor het overige ongegrond;

- veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiseres tot een bedrag van € 1.572;

- draagt verweerder op het betaalde griffierecht van € 47 aan eiseres te vergoeden."

1.4.

De Inspecteur is van de uitspraak van de Rechtbank in hoger beroep gekomen. Belanghebbende heeft een verweerschrift ingediend.

1.5.

De mondelinge behandeling van de zaken heeft plaatsgehad ter zitting van het Hof van 16 maart 2021. Partijen zijn verschenen. Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt. Namens belanghebbende is ter zitting een, reeds op 15 maart 2021 per fax aan de griffie van het Hof gezonden, stuk overgelegd.

Vaststaande feiten

Jaar 2012

2.1.1.

Belanghebbende, gehuwd met [A] (de echtgenoot), heeft in de aangifte IB/PVV 2012 de volgende (contante) giften opgevoerd:

Omschrijving

bedrag

Toelichting andere giften culturele instellingen

[stichting]

€ 3.000

Bij: Verhoging aftrek andere giften culturele instellingen

€ 750

Totaalbedrag andere giften

€ 3.750

Af: drempel andere giften

€ 432

Aftrek andere giften

€ 3.318

Belanghebbende en de echtgenoot hebben het gehele bedrag van de giften aan belanghebbende toegerekend.

2.1.2.

De Inspecteur heeft belanghebbende bij brief van 19 maart 2014 verzocht informatie te verstrekken over de in de aangifte in aftrek gebrachte giften. Gevraagd is om toezending van de originele bewijsstukken en betalingsbewijzen met een kopie van de bankafschriften. Bij haar reactie hierop heeft belanghebbende kwitanties overgelegd met een totaalbedrag van € 3.000: één met nummer 000132 en dagtekening 3 februari 2012 van € 1.500 en één met nummer 001319 en dagtekening 20 juni 2012 van € 1.500. Voorts heeft belanghebbende afschriften verstrekt met geldopnames van een bankrekening op naam van de echtgenoot en een bankrekening op naam van belanghebbende en haar echtgenoot, die volgens belanghebbende zijn aangewend voor het doen van de in de aangifte IB/PVV 2012 in aftrek gebrachte giften. Deze afschriften vermelden de volgende geldopnames:

Datum

Bedrag

12 januari 2012

€ 1.000

30 januari 2012

€ 900

30 mei 2012

€ 2.000

2.1.3.

De Inspecteur heeft de aanslag IB/PVV 2012 met dagtekening 9 mei 2014 vastgesteld naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 18.225. De in de aangifte vermelde giften zijn geaccepteerd, de verhoging wegens giften aan een culturele instelling niet.

Jaar 2013

2.2.1.

Belanghebbende heeft in de aangifte IB/PVV 2013 de volgende giften opgevoerd:

Omschrijving

bedrag

Toelichting andere giften culturele instellingen

[stichting]

€ 2.000

[stichting]

€ 2.000

[stichting]

€ 1.000

[B]

€ 150

Totaal

€ 5.150

Verhoging aftrek andere

giften culturele instellingen

€ 1.250

Totaalbedrag andere giften

€ 6.400

Af: drempel andere giften

€ 473

Aftrek andere giften

€ 5.927

Belanghebbende en de echtgenoot hebben het gehele bedrag van de giften aan belanghebbende toegerekend.

2.2.2.

De Inspecteur heeft belanghebbende bij brief van 20 november 2014 verzocht informatie te verstrekken over bepaalde in de aangifte in aftrek gebrachte kosten. Bij haar reactie hierop van 9 december 2015 heeft belanghebbende onder meer giftkwitanties overgelegd met een totaalbedrag van € 5.000: één met nummer 001148 op naam van belanghebbende en dagtekening 14 juni 2013 van € 2.000, één met nummer 001149 op naam van de echtgenoot en dagtekening 14 juni 2013 van € 1.000 en één met nummer 002082 op naam van belanghebbende en dagtekening 12 oktober 2013 van € 2.000. Voorts heeft belanghebbende onder meer afschriften verstrekt met geldopnames van een bankrekening op naam van belanghebbende en een bankrekening op naam van belanghebbende en haar echtgenoot, die volgens belanghebbende zijn aangewend voor het doen van de in de aangifte in aftrek gebrachte giften in het jaar 2013. Deze afschriften vermelden de volgende geldopnames:

Datum

Bedrag

8 januari 2013

€ 250

1 mei 2013

€ 1.000

7 mei 2013

€ 150

29 mei 2013

€ 200

2 juli 2013

€ 1.500

8 juli 2013

€ 3.000

8 juli 2013

€ 3.500

10 juli 2013

€ 200

27 december 2013

€ 20

2.2.3.

De Inspecteur heeft de aanslag IB/PVV 2013 met dagtekening 25 maart 2015 vastgesteld overeenkomstig de ingediende aangifte naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 21.104.

Beide jaren

2.3.1.

De Belastingdienst is in 2013 een onderzoek gestart naar de houdbaarheid van de ANBI-status van de [stichting] . Daaruit bleek ten aanzien van het jaar 2012 dat belastingplichtigen gezamenlijk voor ten minste een bedrag van € 3.000.000 aan giften aan de [stichting] in aftrek hadden gebracht terwijl in de jaarstukken van de [stichting] voor dat jaar een bedrag van € 591.210 aan ontvangen giften was verantwoord. Voorts bleek dat de [stichting] in het jaar 2012 meer kwitanties (in totaal 2.500) had uitgeschreven dan in haar administratie was verantwoord (531) en dat de [stichting] in de jaarstukken voor 2013 een bedrag van € 88.564 aan ontvangen donaties had verwerkt terwijl in aangiften IB/PVV van diverse belastingplichtigen in totaal € 3.445.808 aan giften aan de [stichting] was aangegeven. Van dit onderzoek is een rapport opgemaakt dat is gedagtekend 17 mei 2016.

2.3.2.

Omdat de administratie van de [stichting] ernstige gebreken vertoonde is de ANBI-status van de [stichting] op 6 januari 2014 ingetrokken met terugwerkende kracht tot 1 januari 2008.

2.3.3.

In januari 2015 is de FIOD gestart met strafrechtelijke onderzoeken naar het gebruik van valse giftkwitanties bij drie andere ANBI-instellingen dan de [stichting] ( [FIOD-onderzoek 1] en [FIOD-onderzoek 2] ). Uit die onderzoeken bleek dat diverse belastingplichtigen die giften aan voormelde instanties in de aangiften hadden opgenomen ook giften aan de [stichting] hadden opgenomen in hun aangiften. De bevindingen uit deze strafrechtelijke onderzoeken zijn opgenomen in een proces-verbaal met dossiernummer 56796 en een proces-verbaal met dossiernummer 56034. De Officier van Justitie heeft toestemming verleend de bevindingen uit deze FIOD-onderzoeken te gebruiken voor fiscale doeleinden.

2.4.1.

Voormelde bevindingen (2.3.1 en 2.3.3) zijn aanleiding geweest voor de FIOD om op 17 september 2015 een strafrechtelijk onderzoek te starten naar de [stichting] en haar bestuurders in verband met het opmaken van valse giftkwitanties en/of donatieverklaringen van de [stichting] en het gebruik hiervan bij het doen van aangiften IB/PVV ( [FIOD-onderzoek 3] ).

2.4.2.

De bevindingen uit het strafrechtelijk onderzoek [FIOD-onderzoek 3] zijn door de FIOD opgenomen in een proces-verbaal, met dossiernummer 57425. De Officier van Justitie heeft op 16 maart 2017 toestemming verleend de bevindingen uit het FIOD-onderzoek te gebruiken voor fiscale doeleinden. De resultaten van het onderzoek zijn op 23 april 2018 ter beschikking gesteld aan de Belastingdienst/kantoor Den Haag. Het (geanonimiseerde) proces-verbaal met bijlagen is door de Inspecteur verstrekt op een CD-rom (het FIOD-rapport).

2.4.3.

Belanghebbende is in voormeld onderzoek niet als verdachte aangemerkt noch is hij als getuige gehoord.

2.5.

In het FIOD-rapport zijn proces-verbalen van verhoor van verdachten opgenomen uit de strafrechtelijke onderzoeken [FIOD-onderzoek 1] en [FIOD-onderzoek 2] . De verdachten hebben onder andere verklaringen afgelegd over de handel in giftkwitanties bij de [stichting] .

2.5.1.

Het FIOD-rapport bevat een "proces-verbaal van verhoor verdachte" uit het onderzoek [FIOD-onderzoek 1] (blz. 2040 e.v.) De verdachte heeft, onder meer verklaard:

"[…] is belastingadviseur en hij werkt samen met de [stichting] met betrekking tot het kopen van kwitanties. Hij koopt de kwitanties in voor 10% en verkoopt ze voor 12 tot 15% aan zijn klanten zodat zij dit kunnen aftrekken van de belasting."

2.5.2.

Het FIOD-rapport bevat een "proces-verbaal van verhoor verdachte" uit het onderzoek [FIOD-onderzoek 2] (blz. 2140 e.v.). De verdachte heeft, onder meer verklaard:

"Ik ga u alles vertellen in 2011, 2012 en 2013 heb ik kwitanties gekocht bij [stichting] . Dit was niet voor 10% maar voor 15% of zelfs 20% procent weet ik niet meer zeker. Het zijn allemaal oplichters van die stichtingen. Ze stoppen alles in de eigen zak en melden niets aan de Belastingdienst. In 2011 heb ik geld betaald aan [de bestuurder/directeur] van de [stichting] . In 2012 en 2013 heb ik geld betaald aan [de penningmeester] van de [stichting] . De door mij overgelegde kwitanties over het jaar 2013 van de [stichting] heb ik van die [penningmeester] gekregen. Dit geld heb ik op de [adres] in [woonplaats] betaald. De kwitanties heeft [de penningmeester] mij op het adres aan de [adres] waar de [stichting] is gevestigd gegeven."

2.5.3.

Het FIOD-rapport bevat een "proces-verbaal van verhoor verdachte" uit het onderzoek [FIOD-onderzoek 3] (blz. 1900 e.v.). Het proces-verbaal vermeldt, voor zover van belang:

"Opmerking verbalisanten: Uit onderzoek is naar voren gekomen dat uw aangiften inkomstenbelasting over de jaren 2010 tot en met 2013 zijn ingediend vanaf het IP-adres van de [stichting] .

Vraag verbalisanten: Wie heeft uw aangiften inkomstenbelasting over de jaren 2010 tot en met 2013 ingevuld en ingediend bij de Belastingdienst?

Antwoord gehoorde:

"Omdat ik slecht Nederlands spreek, ben ik door diverse mensen geadviseerd om naar de [stichting] te gaan. Ik ging naar de [stichting] om mijn aangiften in te laten vullen.

(…)

Vraag verbalisanten: Wie heeft de aangifte Inkomstenbelasting 2011 op uw naam bij de Belastingdienst ingevuld en ingediend?

Antwoord gehoorde:

"Ik ben eerlijk, maar toen ik daar kwam waren het elke keer andere mensen. Er waren allemaal kleine hokjes en daar werd het ingevuld. Ik ben daar gewoon naartoe gegaan, maar ik ken daar helemaal niemand. Ik kan dus niet zeggen wie dat voor mij ingevuld heeft. Op de dag dat ik mijn aangifte liet invullen, kreeg ik de twee kwitanties die ik u zojuist heb overhandigd. De data op de kwitanties hebben zij van de [stichting] erop gezet. Ik heb in ieder geval niet op die data betaald. Ik heb in één keer € 300 of zo betaald. Ik weet niet meer precies hoeveel ik heb betaald maar ik dacht iets van 12 of 15% van € 2.500. Ik heb mijn DigiD code en wachtwoord aan de medewerker van de [stichting] gegeven en die heeft vervolgens mijn aangifte ingediend. Dat ging elk jaar zo."

(…)

Vraag verbalisanten: In uw aangifte inkomstenbelasting 2012 staat in het onderdeel 'giften' een bedrag van € 2.500. Wat kunt u hierover verklaren?

Antwoord gehoorde:

"Daarvoor geldt hetzelfde als het jaar 2011. Ik denk dat ik daar ook ongeveer € 300 voor betaald heb."

(…)

Opmerking verbalisanten: Op de kwitanties over 2012 staan de data 10-03-2012 en 15112012. Uw aangifte inkomstenbelasting 2012 is gedaan op 9 maart 2013.

Vraag verbalisanten: Heeft u de kwitanties op dezelfde dag dat uw aangifte is gedaan, ontvangen?

Antwoord gehoorde:

"Ja."

(…)

Vraag verbalisanten: In uw aangifte inkomstenbelasting 2013 staat in het onderdeel ‘giften’ een bedrag van € 2.500. Wat kunt u hierover verklaren?

Antwoord gehoorde:

“Ook hier heb ik maar € 300 of € 350 voor betaald."

Opmerking verbalisanten: Op de kwitanties over 2013 staan de data 23-02-2013 en 24052013. Uw aangifte inkomstenbelasting 2013 is gedaan op 26 februari 2014.

Vraag verbalisanten: Heeft u de kwitanties op dezelfde dag dat uw aangifte is gedaan, ontvangen?

Antwoord gehoorde:

"Ja."

2.6.

Het FIOD-rapport bevat een proces-verbaal van een opsporingsambtenaar van de FIOD betreffende "aangetroffen belastingaangiften en correspondentie op de PC van de [stichting] " (blz. 930 e.v.). Het proces-verbaal vermeldt onder meer:

"Resumé

Resumé

Vergelijking donaties 2014 met voorliggende Jaren

Oordeel van de Rechtbank

Omschrijving geschil in hoger beroep en conclusies van partijen

Beoordeling van het hoger beroep

Proceskosten

Beslissing