Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 07-11-2001, AD6404, 00/01452
Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 07-11-2001, AD6404, 00/01452
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Datum uitspraak
- 7 november 2001
- Datum publicatie
- 30 november 2001
- ECLI
- ECLI:NL:GHSHE:2001:AD6404
- Zaaknummer
- 00/01452
Inhoudsindicatie
-
Uitspraak
BELASTINGKAMER
Nr. 00/01452
HET GERECHTSHOF TE 's-HERTOGENBOSCH
PROCES-VERBAAL MONDELINGE UITSPRAAK
Uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, tweede meervoudige Belastingkamer, op het beroep van de heer F. te O tegen de uitspraak van het Hoofd van de eenheid Particulieren/Ondernemingen B van de rijksbelastingdienst (hierna: de Inspecteur) op zijn bezwaarschrift betreffende de hem voor het jaar 1997 opgelegde aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen.
De mondelinge behandeling
De mondelinge behandeling van de zaak heeft met gesloten deuren plaatsgevonden ter zitting van het Hof van 24 oktober 2001 te 's-Hertogenbosch. Aldaar zijn toen verschenen en gehoord de heer mr. drs. A., verbonden aan het kantoor te H van B Belastingadviseurs, als gemachtigde van belanghebbende, alsmede, namens de Inspecteur, de heer C., verbonden aan de vorengenoemde eenheid van de rijksbelastingdienst.
Na behandeling van de zaak heeft het Hof heden, 7 november 2001, de volgende mondelinge uitspraak gedaan.
De beslissing
Het Hof verklaart het beroep gegrond;
vernietigt de bestreden uitspraak;
vermindert de aanslag tot een naar een belastbaar inkomen
van fl. 687.039,= met behoud van de overige elementen;
veroordeelt de Inspecteur in de proceskosten van
belanghebbende tot een bedrag van fl. 2.130,=, onder
aanwijzing van de Staat der Nederlanden als de
rechtspersoon die deze kosten moet vergoeden; en
gelast dat door de Staat der Nederlanden aan
belanghebbende het door deze gestorte griffierecht ad
fl. 60,= wordt vergoed.
De gronden voor de beslissing
1. De Inspecteur heeft gesteld dat het gebruikelijke loon in de zin van artikel 12a van de Wet op de loonbelasting 1964 (tekst 1997) fl. 308.304,= bedraagt.
Gelet op de duidelijke bewoordingen van de tweede volzin van dit artikel is voor correctie van het door belanghebbende daadwerkelijk genoten loon dan eerst plaats indien dit loon meer dan in belangrijke mate lager is dan fl. 308.304,= ofwel lager is dan 70% van fl. 308.304,= is fl. 215.812,80.
Nu het daadwerkelijk door belanghebbende genoten loon meer bedraagt dan fl. 215.812,80, namelijk fl. 218.315,=, en dit loon tevens meer bedraagt dan het hoogste loon van de overige werknemers ad rond fl. 160.000,=, is naar het oordeel van het Hof voor de door de Inspecteur voorgestane correctie geen plaats.
Het betoog van de Inspecteur dat gelet op doel en strekking van voormelde bepaling, wat daar overigens ook van zij, van de duidelijke tekst daarvan zou moeten worden afgeweken, wordt, mede gelet op het fictiekarakter van die bepaling, door het Hof verworpen.
Gelet op het vorenstaande is het beroep gegrond. Voor dit geval is niet in geschil dat de bestreden uitspraak moet worden vernietigd en dat het belastbare inkomen moet worden verminderd tot fl. 687.039,=.
2. In de omstandigheid dat het beroep gegrond is, vindt het Hof, nu bijzondere omstandigheden niet zijn gesteld of gebleken, aanleiding de Inspecteur te veroordelen in de kosten die belanghebbende in verband met de behandeling van het beroep bij het Hof redelijkerwijs heeft moeten maken. Het Hof stelt deze kosten met inachtneming van het bepaalde in het Besluit proceskosten bestuursrecht op 2 (punten) x fl. 710,= (waarde per punt) x 1,5 (gewicht van de zaak) is
fl. 2.130,=.
3. Nu het beroep gegrond is, dient, gelet op het bepaalde in artikel 8:74, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, aan belanghebbende het door hem voor deze zaak betaalde griffierecht ad fl. 60,= te worden vergoed door de Staat der Nederlanden.
4. Gelet op het vorenstaande moet worden beslist als eerder vermeld.
Waarvan is opgemaakt dit proces-verbaal.
Aldus vastgesteld op 7 november 2001 door J.A. Meijer, voorzitter, P. Fortuin en P. van der Wal, en op die datum in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van Th.A.J. Kock, waarnemend-griffier.
Aangetekend in afschrift aan partijen verzonden
op: 19 november 2001
Het aanwenden van een rechtsmiddel:
U kunt binnen vier weken na de verzenddatum van deze uitspraak dit gerechtshof schriftelijk verzoeken de mondelinge uitspraak te vervangen door een schriftelijke (Postadres: Postbus 70583, 5201 CZ 's-Hertogenbosch).
Voor het verkrijgen van een schriftelijke uitspraak bedraagt het griffierecht voor belanghebbende fl. 150,=.
Het bestuursorgaan is voor het verkrijgen van een schriftelijke uitspraak een griffierecht van fl. 150,= verschuldigd.
De vervanging van een mondelinge uitspraak door een schriftelijke strekt ertoe de mondelinge uitspraak in een andere vorm vast te leggen. Het gerechtshof mag daarbij de gedane uitspraak niet aan een heroverweging onderwerpen.
Uitsluitend tegen een schriftelijke uitspraak van het gerechtshof staat beroep in cassatie open bij de Hoge Raad der Nederlanden. Daarvoor is eveneens een griffierecht verschuldigd. Het ter verkrijging van een schriftelijke uitspraak betaalde griffierecht wordt door de griffier van de Hoge Raad in mindering gebracht op het voor beroep in cassatie verschuldigde recht.