Home

Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 22-10-2002, AF0948, 99/00847

Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 22-10-2002, AF0948, 99/00847

Gegevens

Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Datum uitspraak
22 oktober 2002
Datum publicatie
22 november 2002
ECLI
ECLI:NL:GHSHE:2002:AF0948
Zaaknummer
99/00847

Inhoudsindicatie

-

Uitspraak

BELASTINGKAMER

Nr. 99/00847

HET GERECHTSHOF TE 's-HERTOGENBOSCH

U I T S P R A A K

Uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, tiende enkelvoudige Belastingkamer, op het beroep van X te Y (hierna: de belanghebbende) tegen de door het Hoofd van de eenheid Ondernemingen te P van de rijksbelastingdienst (hierna: de Inspecteur) gedane uitspraak van 9 februari 1999 op zijn bezwaarschrift betreffende de aan hem voor het jaar 1997 opgelegde aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen.

1. Ontstaan en loop van het geding

De belanghebbende heeft over het jaar 1997 een aangifte inkomstenbelasting ingediend naar een belastbaar bedrag van fl. 35.969,=. De Inspecteur heeft het belastbaar inkomen verhoogd met fl. 10.785,= tot fl. 47.024,=. De belanghebbende heeft tegen de aanslag bezwaar aangetekend. De Inspecteur heeft bij de uitspraak de aanslag verminderd met fl. 5.621,= tot één naar een belastbaar inkomen van fl. 41.403,=.

De belanghebbende is tijdig en regelmatig tegen de uitspraak in beroep gekomen bij het Hof. Ter zake van dit beroep heeft de Griffier van de belanghebbende een recht geheven van fl. 85,=. De Inspecteur heeft een vertoogschrift ingediend.

De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden in raadkamer, met gesloten deuren, ter zitting van het Hof van 19 juli 2002 te Tilburg. Aldaar zijn toen verschenen en gehoord de Inspecteur.

De belanghebbende is niet verschenen.

De Griffier heeft de belanghebbende bij aangetekend verzonden schrijven van 13 juni 2002 er van in kennis gesteld dat de mondelinge behandeling van het beroep plaatsvindt op vrijdag 19 juli 2002 uur te Tilburg.

Aangezien de retourkaart niet door het Hof is terugontvangen, heeft de Griffier op 8 augustus 2002 bij PTT Post navraag gedaan naar evenvermeld aangetekend verzonden schrijven.

Bij schrijven van 14 augustus 2002 heeft PTT Post als volgt bericht:

"U heeft bij ons navraag gedaan naar een door u op 13 juni 2002 verstuurde zending. Uw zending was geadresseerd aan X in Y. De zending is op 14 juni 2002 aan de geadresseerde uitgereikt. Een kopie van de distributielijst, met handtekening voor ontvangst, heb ik voor u bijgevoegd.(...)".

Gelet op het vorenstaande is het Hof van oordeel dat de belanghebbende op juiste wijze is opgeroepen.

2. Feiten

Het Hof stelt op grond van de stukken en het verhandelde ter zitting, als tussen partijen niet in geschil dan wel door een der partijen gesteld en door de wederpartij niet of onvoldoende weersproken, de volgende feiten vast:

2.1. De belanghebbende is geboren op 19 november 1965 en gehuwd met I Salyilir. De belanghebbende is in 1997 in loondienst werkzaam en exploiteert in de periode 20 mei 1996 tot en met 30 april 1997 een cafetaria onder de naam "Shoarma Sedef". Per 1 mei 1997 heeft de belanghebbende de cafetaria verkocht aan mevrouw S. Ozer. In de voorgedrukte koopovereenkomst van 25 maart 1997, die handmatig is ingevuld, is onder meer het volgende opgenomen (hierna: de overeenkomst):

'De ondergetekenden:

1.De heer X, geboren te Turkije in 1965, thans wonende te Y, aan de Astraat 1, rechtsgeldig vertegenwoordigend/h.o.d.n. .............. gevestigd te ......................, hierna (indien sprake van meer dan één, danwel tezamen als ieder afzonderlijk) te noemen verkoper;

verklaart te zijn overeengekomen op 25 maart 1997 alsvolgt. Verkoper verklaart te verkopen en in eigendom te zullen leveren aan medeondergetekende(n):

2. De mevrouw A ®[sofinummer], geboren te Turkije in 1969, thans wonende te Z (o.v.), aan de Bstraat 1, rechtsgeldig vertegenwoordigend/h.o.d.n. .............. gevestigd te ......................, hierna (indien sprake van meer dan één, danwel tezamen als ieder afzonderlijk) te noemen koper;

die verklaart te kopen en in eigendom te zullen aanvaarden, het door verkoper voor eigen rekening gedreven bedrijf gevestigd te Y aan de Cstraat 1 te weten cafetaria "D". De gehele inventaris, zoals omschreven op de aan dit koopcontract aangehechte, door partijen geparafeerde staat, goodwill en recht van handelsnaam, zulks voor de koopprijs van f 53.000; (zegge: drieënvijftigduizend gulden) huurprijs onroerend goed f 2750,- geen B.T.W. per maand;

(...)

en verder onder de volgende bedingen:

(...)

2. Verkoop en koop geschiedt exclusief goederenvoorraad, deze is niet in bovenvermelde koopprijs inbegrepen.

3. Alle schulden en/of vorderingen voortkomende uit de exploitatie gevoerd door verkoper, met betrekking tot bedrijf en/of onroerende goederen, verplichtingen door verkoper aangegaan jegens derden, alsmede bezwaring daterend voor het moment van levering blijven voor rekening van verkoper, deze verleent algehele kwijting aan koper. (...)'

Door het Hof zijn geen bijlagen bij deze door de Inspecteur overgelegde overeenkomst aangetroffen.

2.2. Bij de aangifte over het jaar 1997, waarin geen stakingswinst is verantwoord, zijn een toelichting betreffende de liquidatie (hierna: de toelichting), een balans en een verlies- en winstrekening over de periode 1 januari 1997 tot en met 31 april 1997 gevoegd.

In de toelichting is onder meer het volgende opgenomen:

'LIQUIDATIE

Goodwill: het bedrijf is verkocht aan A voor fl. 53.000,==

Inventaris: is begrepen in de goodwill

Nog te betalen huur: het nog te betalen bedrag van fl. 6.000,== wordt overgenomen door de nieuwe eigenaar, A

(...)

Voorraad: is inbegrepen in de goodwill'

De balans ziet er als volgt uit:

' BALANS VAN 01/01/1997 T/M 30/4/1997

Debet Credit

INVENTARIS 28545.25 LENINGEN U/G 33199.89

NOG TE BETALEN HUUR 6000.00 CREDITEUREN 13155.00

KAS 0.95 PRIVE 3800.00

LONEN EN SALARISSEN 4300.00

VOORRAAD GOEDEREN 1000.00

---------- --------

SUBTOTAAL 39846.20 SUBTOTAAL 50154.89

RESULTAAT - 10308.69

TOTAAL GENERAAL 39846.205 TOTAAL GENERAAL 39846.20'

2.3. Bij het opleggen van de aanslag heeft de Inspecteur de volgende correcties aangebracht:

Meer looninkomsten: fl. 747,=

Meer omzet: fl. 5.853,=

Stakingswinst minus stakingswinstvrijstelling: fl. 4.455,=

De Inspecteur heeft het belastbaar inkomen vastgesteld op fl. 47.024,=.

2.4. De stakingswinst is door de Inspecteur berekend door de verkoopsom te verminderen met de boekwaarde van de inventaris, zoals aangegeven op voornoemde balans en de stakingsvrijstelling van fl. 20.000,=.

2.5. De correctie van de omzet heeft de Inspecteur aangebracht vanwege een, volgens hem, sterk afwijkend brutowinstcijfer. De correcties van de omzet en de stakingswinst leidden ertoe dat de winst uit onderneming die volgens de jaarstukken -/- fl. 10.308,= bedroeg bij de aanslagregeling is vastgesteld op nihil.

2.6. Bij uitspraak op bezwaar is het belastbare inkomen met de niet in de verlies- en winstrekening opgenomen kosten van gas, water en licht, groot fl. 5.621,=, verminderd tot fl. 41.403,= op grond van bij het bezwaarschrift gevoegde stukken. Na de uitspraak op bezwaar bedraagt de correctie van de omzet nog fl. 232,=.

3. Geschil en standpunten van partijen

3.1.1. Het geschil betreft het antwoord op de vraag of de stakingswinst naar het juiste bedrag is bepaald.

3.1.2. De correctie met betrekking tot de looninkomsten is niet in geschil.

3.1.3. Tijdens de mondelinge behandeling heeft de Inspecteur aangegeven op grond van proceseconomische redenen af te zien van de omzetcorrectie van fl. 232,=, zodat deze niet meer in geschil is.

3.2. Partijen doen hun standpunten steunen op de gronden welke daartoe door hen zijn aangevoerd in de van hen afkomstige stukken, van al welke stukken de inhoud als hier ingevoegd moet worden aangemerkt.

3.3. Tijdens de mondelinge behandeling heeft de Inspecteur desgevraagd het volgende verklaard:

- Ik zie op grond van proceseconomische redenen af van de omzetcorrectie van fl. 232,=;

- Ik heb bij de berekening van de stakingswinst geabstraheerd van de posten "lonen/salarissen" en "te betalen huur" omdat de door de belanghebbende verstrekte balans niet lijkt te kloppen;

- Op pagina 1 van het vertoogschrift staat "Correctie omzet f 5.583", dit moet zijn "Correctie omzet f 5.853".

4. Conclusies van partijen

De belanghebbende concludeert - naar het Hof begrijpt - tot vernietiging van de bestreden uitspraak en vermindering van de aanslag tot een naar een belastbaar inkomen van fl. 36.716,=. De Inspecteur concludeert tot vernietiging van de bestreden uitspraak en vermindering van de aanslag tot een naar een belastbaar inkomen van fl. 41.171,=.

5. Beoordeling van het geschil

5.1. Het Hof is van oordeel dat de balans, zoals weergegeven in 2.2 geen getrouwe weergave is van de werkelijke vermogenstoestand van de door de belanghebbende gedreven onderneming. De debetposten "Nog te betalen huur" en "Lonen en salarissen" roepen vragen op evenals de benaming van de creditpost "leningen U/G". De verlies- en winstrekening is op ongebruikelijke wijze opgesteld met bedragen inclusief omzetbelasting waarbij de af te dragen omzetbelasting als kosten zijn beschouwd. Dit ongebruikelijke systeem sluit echter niet uit dat de verlies- en winstrekening juist zijn. Feit is dat de belanghebbende deze stukken heeft geproduceerd, in zijn beroepschrift geen verdere duidelijkheid heeft gegeven en niet is verschenen tijdens de mondelinge behandeling. Het Hof kan derhalve instemmen met de berekeningswijze van de stakingswinst van de Inspecteur, waarbij deze abstraheert van "Nog te betalen huur" en "Lonen en salarissen".

5.2. In zijn beroepschrift stelt de belanghebbende dat de Inspecteur geen rekening houdt met nog openstaande schulden. Het Hof overweegt dat de voorgedrukte overeenkomst, zoals weergegeven in 2.1 en de toelichting inzake liquidatie elkaar tegenspreken op het gebied van het overgenomen bedrag aan nog te betalen huur en de voorraad goederen. De bedingen 2 en 3 bepalen immers dat de voorraad niet inbegrepen is in de koopovereenkomst en dat geen vorderingen en schulden worden overgenomen door koper, terwijl de toelichting aangeeft dat de voorraad inbegrepen is in de overgedragen goodwill en een schuld wel wordt overgenomen door de koper.

5.3. Het ligt op de weg van de belanghebbende om aannemelijk te maken, bijvoorbeeld door middel van het overleggen van aanvullende overeenkomsten, dat hetgeen in de toelichting is gesteld juist is. Naar het oordeel van het Hof is de belanghebbende hierin niet geslaagd. De leningsovereenkomsten en schuldbekentenissen waarvan kopieën zijn gevoegd bij het beroepschrift zijn in de toelichting inzake liquidatie opgenomen. Niet is gebleken dat deze posten niet zijn opgenomen in de winst- en verliesrekening.

5.4. De aanslag dient te worden verminderd, nu de Inspecteur daartoe heeft geconcludeerd. Het gelijk is derhalve gedeeltelijk aan de zijde van de belanghebbende.

6. Proceskosten en griffierecht

6.1. Het Hof acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de kosten als bedoeld in artikel 5a van de Wet administratieve rechtspraak belastingzaken, nu de belanghebbende daarom niet heeft verzocht en ook niet is gebleken dat de belanghebbende, die zich niet heeft laten bijstaan door een beroepsgemachtigde, kosten als bedoeld in artikel 1 van het Besluit proceskosten fiscale procedures heeft gemaakt.

6.2. Nu het beroep van de belanghebbende gegrond is, dient de Inspecteur, gelet op het bepaalde in artikel 5a van de Wet administratieve rechtspraak belastingzaken, aan de belanghebbende het door hem voor deze zaak gestorte griffierecht ad fl. 85,= (€ 38,57) te vergoeden.

7. Beslissing

Het Hof:

* vernietigt de bestreden uitspraak;

* vermindert de aanslag tot een naar een belastbaar inkomen van fl. 41.171,=;

* gelast dat de Inspecteur aan de belanghebbende het door hem voor deze zaak gestorte griffierecht ad € 38,57 vergoedt.

Aldus vastgesteld op 22 oktober 2002 door P. Fortuin, lid van voormelde kamer, en op die dag in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van D.J. Koopmans, waarnemend-griffier.

Aangetekend in afschrift aan partijen verzonden

op: 22 oktober 2002

Het aanwenden van een rechtsmiddel:

Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de verzenddatum van deze uitspraak beroep in cassatie worden ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden. Daarbij moet het volgende in acht worden genomen:

1. Het instellen van beroep in cassatie geschiedt door het indienen van een beroepschrift bij dit gerechtshof (Postadres: Postbus 70583, 5201 CZ 's-Hertogenbosch).

2. Bij het beroepschrift wordt een afschrift van de bestreden uitspraak overgelegd.

3. Het beroepschrift wordt ondertekend en bevat ten minste:

a. de naam en het adres van de indiener;

b. de dagtekening;

c. een omschrijving van de uitspraak waartegen het beroep in cassatie is gericht;

d. de gronden van het beroep in cassatie.

Voor het instellen van beroep in cassatie is een griffierecht verschuldigd.

Na het instellen van beroep ontvangt U een nota griffierecht van de griffier van de Hoge Raad. Indien U na een mondelinge uitspraak griffierecht hebt betaald ter verkrijging van de vervangende schriftelijke uitspraak van het gerechtshof, komt dit in mindering op het griffierecht dat is verschuldigd voor het indienen van beroep in cassatie.

In het cassatieberoepschrift kan de Hoge Raad verzocht worden om de wederpartij te veroordelen in de proceskosten.