Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 09-07-2014, ECLI:NL:GHSHE:2014:2102, 13-00080
Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 09-07-2014, ECLI:NL:GHSHE:2014:2102, 13-00080
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Datum uitspraak
- 9 juli 2014
- Datum publicatie
- 10 juli 2014
- ECLI
- ECLI:NL:GHSHE:2014:2102
- Zaaknummer
- 13-00080
Inhoudsindicatie
Aan belanghebbende is op grond van de Experimentenwet bedrijven investering zones
(Wet BIZ) een aanslag BIZ-bijdrage opgelegd. De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard. In hoger beroep bestrijdt belanghebbende de aanslag met een reeks van grieven. Onder meer is de BIZ-heffing in zijn zienswijze onzorgvuldig dan wel onrechtmatig tot stand gekomen. Hij knoopt daarbij aan bij de draagvlakmeting en de uitreiking en inname van de daartoe verstrekte stembiljetten. In de verordening van de gemeente Roermond zou voorts de objectafbakening onvoldoende concreet aangegeven zijn. Tot slot zou in de uitvoeringsovereenkomst geen afdwingverplichting zijn opgenomen ten aanzien van de te verrichten subsidiabele activiteiten. De verordening zou derhalve onverbindend zijn. De grieven worden verworpen. Hoger beroep ongegrond.
Uitspraak
Team belastingrecht
Meervoudige Belastingkamer
Kenmerk: 13/00080
Uitspraak op het hoger beroep van
de heer [belanghebbende],
wonende te [woonplaats],
hierna: belanghebbende,
tegen de uitspraak van de Rechtbank LimburgRoermond (hierna: de Rechtbank) van 21 december 2012, nummer AWB 12/226, in het geding tussen
belanghebbende,
en
de heffingsambtenaar van de gemeente Roermond, thans de Directeur van de Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen te Roermond,
hierna: de Heffingsambtenaar,
inzake de hierna vermelde aanslag.
1 Ontstaan en loop van het geding
Aan belanghebbende is onder aanslagnummer [aanslagnummer] voor het jaar 2011 een aanslag BIZ-bijdrage opgelegd naar een bedrag van € 716,80, welke aanslag, na daartegen gemaakt bezwaar, bij uitspraak van de Heffingsambtenaar is gehandhaafd.
Belanghebbende is van deze uitspraak in beroep gekomen bij de Rechtbank. Ter zake van dit beroep heeft de griffier van de Rechtbank van belanghebbende een griffierecht geheven van € 42. De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.
Tegen deze uitspraak heeft belanghebbende hoger beroep ingesteld bij het Hof.
Ter zake van dit hoger beroep heeft de griffier van belanghebbende een griffierecht geheven van € 115,00. De Heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend.
Belanghebbende heeft bij brief van 17 augustus 2013, onder toevoeging van twee bijlagen, zijn hoger beroep nader gemotiveerd. Deze stukken zijn in afschrift verstrekt aan de wederpartij.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgehad op 10 februari 2014 te ‘s-Hertogenbosch. Aldaar zijn toen verschenen en gehoord, namens de Heffingsambtenaar, de heer [A] en de heer [B]. Belanghebbende en zijn gemachtigde de heer [C] zijn, met bericht van verhindering, niet ter zitting verschenen.
Het Hof heeft vervolgens het onderzoek gesloten.
2 Feiten
Nu de uitspraak van de Rechtbank geen afzonderlijke vaststelling van de feiten bevat, stelt het Hof de feiten op grond van de gedingstukken en het verhandelde ter zitting in eerste en tweede aanleg als volgt vast:
Belanghebbende is eigenaar van herenmodezaak [D], gevestigd te [E].
De gemeenteraad van de gemeente Roermond heeft, na verzoeken daartoe van ondernemers in de gemeente, op grond van de Experimentenwet bedrijven investering zones (hierna: de Wet BIZ) besloten haar medewerking te verlenen aan het oprichten van zogenoemde bedrijven investering zones (hierna: BI-zones).
Op 30 september 2010 heeft de raad van de gemeente Roermond de Verordening op de heffing en de invordering van een BIZ-bijdrage en op de subsidie voor de BI-zone Binnenstad Roermond 2011-2015 (hierna: de Verordening) vastgesteld.
De Verordening kan echter pas in werking treden bij voldoende draagvlak onder de bijdrageplichtigen (artikel 4 van de Wet BIZ). Hiertoe heeft van 29 oktober 2010 tot 15 november 2010 een zogenoemde draagvlakmeting onder bijdrageplichtigen plaatsgevonden. De Heffingsambtenaar heeft aan de hand van zijn WOZ-administratie een lijst van bijdrageplichtigen opgesteld. Op verzoek van de hierna vermelde Stichting BIZ Binnenstad Roermond te Roermond (hierna: de Stichting) heeft de Heffingsambtenaar er voor gekozen om het uitreiken en ophalen van de stembiljetten, die op door de notaris gewaarmerkt aktepapier zijn gedrukt, persoonlijk door zogenoemde ambassadeurs te laten verrichten. Dit zijn ondernemers uit de desbetreffende BI-zone die zich tot doel hebben gesteld toepassing van de Wet BIZ te promoten. De stembiljetten voor grootwinkelbedrijven zijn per post toegezonden aan de hoofdkantoren van deze bedrijven. De ambassadeurs zijn, nadat ze bij de notaris een verklaring hebben afgelegd, geïnstrueerd en met een officiële instructie, neergelegd in het Instructieblad Ambassadeur BI-zone, op pad gestuurd.
De instructie van de ambassadeurs strekte ertoe zorg te dragen dat het stembiljet in een envelop aan de juiste bijdrageplichtige of iemand die namens hem of haar mag optreden, wordt afgegeven. Zowel de ambassadeur als de bijdrageplichtige tekenden voor ontvangst een gewaarmerkte aftekenlijst. Bij het ontbreken van een bevestiging van ontvangst werd het desbetreffende stembiljet als niet bezorgd beschouwd. De niet afgegeven stembiljetten diende de ambassadeur aan de gemeente te retourneren. De ambassadeur verzocht de bijdrageplichtigen om de stembiljetten bij hem in te leveren en tekende op genoemde aftekenlijst aan of het stembiljet al dan niet bij hem was ingeleverd. De opgehaalde enveloppen met daarin de stembiljetten zijn ongeopend bij de Heffingsambtenaar ingeleverd en door de Heffingsambtenaar voor ontvangst getekend. De opgehaalde en per post ontvangen stembiljetten zijn door notaris [F], zoals hij ter zitting van de Rechtbank onder ede heeft verklaard, op 16 november 2010 op het gemeentehuis geopend en geteld, waarvan door de notaris op 17 november 2010 een proces-verbaal is opgemaakt. Namens de Heffingsambtenaar heeft, mevrouw [G], de stembiljetten nageteld. De originele stembiljetten zijn door de Heffingsambtenaar bewaard. Vervolgens hebben WOZ-medewerkers van de gemeente de stemming in lijsten verwerkt en hieraan de, voor de draagvlakmeting relevante, WOZ-waarden van de panden van de bijdrageplichtigen gekoppeld. Gebleken is, aldus de Heffingsambtenaar, dat 368 van de 545 bijdrageplichtigen hun stembiljet hebben ingeleverd (67,6%). Daarvan waren er 250 voorstemmers (67,9%). De som van de WOZ-waarden van de voorstemmers bedroeg 58,7% van de som van de WOZ-waarden van de voor- en tegenstemmers tezamen. Op grond van voormelde percentages heeft de Heffingsambtenaar geconcludeerd dat is voldaan aan de drie voorwaarden van artikel 5, eerste lid, van de Wet BIZ en er mitsdien sprake is van voldoende steun voor de heffing. De Verordening is vervolgens op 1 januari 2011 in werking getreden.
Op 29 september 2010 is bij notariële akte de Stichting opgericht. In artikel 2 van de statuten van de Stichting is vermeld:
“1. De stichting heeft ten doel:
a. het oprichten van een bedrijveninvesteringszone (ook te noemen: BIZ) als bedoeld in de Experimentenwet BI-zones waarin de collectieve ambities van de ondernemers in de binnenstad van Roermond door middel van een actieplan tot uitvoering gebracht kunnen worden;
b. het ontplooien van activiteiten die zijn gericht op het bevorderen van de leefbaarheid, veiligheid, ruimtelijke kwaliteit dan wel enig ander bovenpubliek belang in de openbare ruimte van het hierna in lid 4 omschreven gebied te Roermond.
c. het verrichten van alle verdere handelingen, die met het vorenstaande in de ruimste zin verband houden of daartoe bevorderlijk kunnen zijn.
2. De stichting tracht haar doel onder meer te verwezenlijken door het sluiten van een of meerdere overeenkomst(en) met de gemeente Roermond, als bedoeld in artikel 7, derde lid, van de Experimentenwet BI-zones, en de uitvoering daarvan en voorts door het maken van actieplannen en het uitvoeren daarvan alsmede het beheren en bestemmen van de in de vorm van subsidie van een of meerdere overheidsinstelling(en) ontvangen bedragen.
3. Een actieplan omschrijft de te ontplooien activiteiten die zijn gericht op het bevorderen van de leefbaarheid, veiligheid, ruimtelijke kwaliteit dan wel enig ander publiek belang in de openbare ruimte van het hierna in lid 4 omschreven gebied te Roermond (…)”.
Met dagtekening 28 februari 2011 is aan belanghebbende voor het jaar 2011 de op de Verordening gebaseerde aanslag BIZ-bijdrage ten bedrage van € 716,80 opgelegd met vermelding van:
Periode Omschrijving Grondslag Bedrag
Jan-dec [a-straat] 56 Roermond 512.000,00 € 716.80
Binnenstad zone A
De berekening van de aanslag is tussen partijen niet in geschil.
3 Geschil, alsmede standpunten en conclusies van partijen
Het geschil betreft het antwoord op de volgende vraag:
Heeft de Heffingsambtenaar de aanslag BIZ-bijdrage terecht opgelegd?
Belanghebbende is van mening dat deze vraag ontkennend moet worden beantwoord. De Heffingsambtenaar is de tegenovergestelde opvatting toegedaan.
Partijen doen hun standpunten in hoger beroep steunen op de gronden welke daartoe door hen zijn aangevoerd in de van hen afkomstige stukken, waarvan de inhoud als hier ingevoegd moet worden aangemerkt.
De Heffingsambtenaar heeft ter zitting, desgevraagd door het Hof, toegevoegd dat bij het aan belanghebbende dan wel zijn bedrijfsleider uitgereikte stembiljet voor de draagvlakmeting Binnenstad Zone A een retourenvelop was gevoegd.
Belanghebbende concludeert tot gegrondverklaring van het hoger beroep, vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank, alsmede van de uitspraak op bezwaar en van de aanslag. De Inspecteur concludeert tot ongegrondverklaring van het hoger beroep.