Home

Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 26-01-2022, ECLI:NL:GHSHE:2022:185, 20/00605

Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 26-01-2022, ECLI:NL:GHSHE:2022:185, 20/00605

Gegevens

Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Datum uitspraak
26 januari 2022
Datum publicatie
1 februari 2022
ECLI
ECLI:NL:GHSHE:2022:185
Zaaknummer
20/00605

Inhoudsindicatie

Wet WOZ. In geschil is de WOZ-waarde van een geschakelde woning. De heffingsambtenaar heeft de door hem verdedigde waarde van € 276.000 aannemelijk gemaakt. Hoger beroep ongegrond.

Uitspraak

Team belastingrecht

Enkelvoudige Belastingkamer

Nummer: 20/00605

Uitspraak op het hoger beroep van

[belanghebbende] ,

wonend in [woonplaats] ,

hierna: belanghebbende,

tegen de uitspraak van Rechtbank Zeeland-West-Brabant (hierna: de rechtbank) van 17 september 2020, nummer BRE 19/2965 in het geding tussen belanghebbende en

de heffingsambtenaar van de gemeente Moerdijk,

hierna: de heffingsambtenaar.

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

De heffingsambtenaar heeft in het kader van de Wet waardering onroerende zaken (hierna: Wet WOZ) een beschikking gegeven (hierna: de WOZbeschikking) en daarbij de waarde van [adres 1] te [woonplaats] (hierna: de onroerende zaak) vastgesteld. Tevens is de aanslag onroerendezaakbelastingen voor het jaar 2019 bekendgemaakt.

1.2.

Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt. De heffingsambtenaar heeft uitspraak op bezwaar gedaan en het bezwaar ongegrond verklaard.

1.3.

Belanghebbende heeft tegen deze uitspraak beroep ingesteld bij de rechtbank.

De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.

1.4.

Belanghebbende heeft tegen deze uitspraak hoger beroep ingesteld bij het hof. De heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend.

1.5.

Belanghebbende heeft vóór de zitting een nader stuk ingediend. Dit stuk is doorgestuurd naar de heffingsambtenaar.

1.6.

De zitting heeft plaatsgevonden op 19 november 2021 in ’s-Hertogenbosch. Daar zijn namens de heffingsambtenaar verschenen [heffingsambtenaar 1] en [heffingsambtenaar 2] . Voor de zitting heeft belanghebbende laten weten dat hij niet zal verschijnen.

1.7.

Belanghebbende heeft voor de zitting een pleitnota toegezonden aan het hof. De griffier heeft deze pleitnota doorgestuurd naar de heffingsambtenaar. Deze pleitnota wordt geacht ter zitting te zijn voorgelezen.

1.8.

Het hof heeft aan het einde van de zitting het onderzoek gesloten.

1.9.

Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat gelijktijdig met de uitspraak aan partijen wordt verzonden.

2 Feiten

2.1.

Belanghebbende is eigenaar van de onroerende zaak, een woning, gelegen in [woonplaats] . Het betreft een geschakelde woning uit 1973 met garage en met berging. De inhoud van de onroerende zaak is ongeveer 378 m3 en de oppervlakte van het perceel is ongeveer 693 m2.

2.2.

De waarde van de onroerende zaak is door de heffingsambtenaar per de waardepeildatum 1 januari 2018 (hierna: de waardepeildatum) vastgesteld op € 276.000. Bij uitspraak op bezwaar heeft de heffingsambtenaar de waarde van de woning en de aanslag gehandhaafd.

2.3.

De heffingsambtenaar heeft ter onderbouwing van de vastgestelde waarde een taxatierapport overgelegd, opgemaakt op 18 juli 2019 door taxateur [heffingsambtenaar 2] . In het taxatierapport is de waarde van de onroerende zaak getaxeerd op € 287.000. In de waardematrix (hierna: de matrix), die is opgenomen in het taxatierapport, zijn de volgende - allen in [woonplaats] gelegen - vergelijkingsobjecten opgenomen:

- [adres 2] , verkoopdatum [maart] 2017, verkoopprijs € 275.000;- [adres 3] , verkoopdatum [september] 2017, verkoopprijs € 310.000;- [adres 4] , verkoopdatum [november] 2017, verkoopprijs € 299.500.

De heffingsambtenaar heeft een extra overzicht (hierna: het aanvullende overzicht) in het taxatierapport opgenomen waarin de onroerende zaak is vergeleken met nabij gelegen vergelijkingsobjecten waarvan de verkoopdata verder van de peildatum zijn gelegen. Het taxatierapport bevat verder een luchtfoto, kadastrale kenmerken en foto’s van de onroerende zaak en beschrijvingen met foto’s van de referentieobjecten.

3 Geschil en conclusies van partijen

3.1.

In geschil is of de WOZ-waarde te hoog is vastgesteld.

3.2.

Belanghebbende concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de rechtbank, vernietiging van de uitspraak op bezwaar en vermindering van de WOZ-waarde naar € 259.000. De heffingsambtenaar concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de rechtbank.

4 Gronden

5 Beslissing