Home

Hoge Raad, 08-02-2002, AD9092, 36649

Hoge Raad, 08-02-2002, AD9092, 36649

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
8 februari 2002
Datum publicatie
8 februari 2002
ECLI
ECLI:NL:HR:2002:AD9092
Zaaknummer
36649

Inhoudsindicatie

-

Uitspraak

Nr. 36.649

8 februari 2002

FA

gewezen op het beroep in cassatie van X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 29 september 2000, nr. BK-98/05084, betreffende na te melden aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen.

1. Aanslag, bezwaar en geding voor het Hof

Aan belanghebbende is voor het jaar 1997 een aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen opgelegd naar een belastbaar inkomen van ƒ 37.918, welke aanslag, na daartegen gemaakt bezwaar, bij uitspraak van de Inspecteur is gehandhaafd.

Belanghebbende is tegen de uitspraak van de Inspecteur in beroep gekomen bij het Hof.

Bij ambtshalve gegeven beschikking van de Inspecteur is nadien de aanslag verminderd tot een aanslag naar een belastbaar inkomen van ƒ 35.558.

Het Hof heeft de uitspraak van de Inspecteur vernietigd en de aanslag gehandhaafd zoals deze ambtshalve door de Inspecteur is verminderd. De uitspraak van het Hof is aan dit arrest gehecht.

2. Geding in cassatie

Belanghebbende heeft tegen 's Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld. Het beroepschrift in cassatie is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.

Belanghebbende heeft een conclusie van repliek ingediend.

3. Beoordeling van de klachten

Het Hof is terecht ervan uitgegaan dat tot de als buitengewone last aftrekbare ziektekosten kan worden gerekend de eigen bijdrage ingevolge de AWBZ, verminderd met de langs subjectieve weg - dat wil zeggen dat men daarbij rekening moet houden met de in feite door belanghebbende vóór de opneming in het verzorgingstehuis gevolgde levenswijze - bepaalde besparing op haar kosten van huisvesting en voeding, die de opneming in het verzorgingstehuis meebracht. De klachten, die van een andere opvatting uitgaan, falen mitsdien.

4. Proceskosten

De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.

5. Beslissing

De Hoge Raad verklaart het beroep ongegrond.

Dit arrest is gewezen door de vice-president E. Korthals Altes als voorzitter, en de raadsheren P.J. van Amersfoort en A.R. Leemreis, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier A.I. Boussak-Leeksma, en in het openbaar uitgesproken op 8 februari 2002.