Hoge Raad, 10-12-2004, AF7517, 37043
Hoge Raad, 10-12-2004, AF7517, 37043
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 10 december 2004
- Datum publicatie
- 10 december 2004
- Annotator
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2004:AF7517
- Formele relaties
- Conclusie: ECLI:NL:PHR:2004:AF7517
- Zaaknummer
- 37043
- Relevante informatie
- Gemeentewet [Tekst geldig vanaf 31-01-2024] art. 229
Inhoudsindicatie
Rioolrechten, heffing afvoerrecht van grote lozers, gelijkheidsbeginsel, evenredigheidsbeginsel.
Uitspraak
Nr. 37.043
10 december 2004
MvA
gewezen op het beroep in cassatie van X B.V. te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 21 december 2000, nr. 97/21300, betreffende na te melden aanslagen in de rioolrechten van de gemeente Eindhoven.
1. Aanslagen, bezwaar en geding voor het Hof
Voor het jaar 1996 zijn aan belanghebbende, gebruikster van dertien op de gemeentelijke riolering aangesloten eigendommen, dertien op één aanslagbiljet verenigde aanslagen in het recht voor het afvoeren van afvalwater op de gemeentelijke riolering van de gemeente Eindhoven opgelegd ten bedrage van in totaal ƒ 3.204.880, welke aanslagen, na daartegen gemaakt bezwaar, bij uitspraak van het hoofd van de afdeling Belastingen van de dienst Bestuursondersteuning van de gemeente Eindhoven (hierna: het Hoofd) zijn gehandhaafd.
Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen bij het Hof.
Het Hof heeft de uitspraak van het Hoofd bevestigd. De uitspraak van het Hof is aan dit arrest gehecht.
2. Geding in cassatie
Belanghebbende heeft tegen 's Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld. Het beroepschrift in cassatie is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Eindhoven (hierna: het College) heeft een verweerschrift ingediend.
Partijen hebben de zaak doen toelichten, belanghebbende door mr. J.H. Sassen, advocaat te Arnhem, het College door mr. R.L.H. IJzerman en mr. S. Sierksma, advocaten te 's-Gravenhage.
De Advocaat-Generaal J.W. Ilsink heeft op 11 maart 2003 geconcludeerd tot ongegrondverklaring van het beroep in cassatie.
De advocaat van belanghebbende heeft schriftelijk op de conclusie gereageerd.
3. Beoordeling van de middelen
De middelen falen op de gronden die zijn vermeld in het heden in de zaak met nummer 37041 tussen dezelfde partijen uitgesproken arrest van de Hoge Raad.
4. Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.
5. Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep ongegrond.
Dit arrest is gewezen door de vice-president A.G. Pos als voorzitter, en de raadsheren L. Monné, P.J. van Amersfoort, A.R. Leemreis en C.J.J. van Maanen, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier A.I. Boussak-Leeksma, en in het openbaar uitgesproken op 10 december 2004.