Home

Hoge Raad, 17-12-2004, AR2244, 40234

Hoge Raad, 17-12-2004, AR2244, 40234

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
17 december 2004
Datum publicatie
17 december 2004
ECLI
ECLI:NL:HR:2004:AR2244
Formele relaties
Zaaknummer
40234
Relevante informatie
Wet op de vennootschapsbelasting 1969 [Tekst geldig vanaf 01-01-2024 tot 01-01-2025] art. 8

Inhoudsindicatie

Eeuwigdurend winstrecht; geen afschrijving.

Uitspraak

Nr. 40.234

17 december 2004

EC

gewezen op het beroep in cassatie van X B.V. te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam van 13 augustus 2003, nr. 02/01811, betreffende na te melden aanslag in de vennootschapsbelasting.

1. Aanslag, bezwaar en geding voor het Hof

Aan belanghebbende is voor het jaar 1999 een aanslag in de vennootschapsbelasting opgelegd naar een belastbaar bedrag van ƒ 1.458.774, welke aanslag, na daartegen gemaakt bezwaar, bij uitspraak van de Inspecteur is gehandhaafd.

Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen bij het Hof.

Het Hof heeft het beroep ongegrond verklaard. De uitspraak van het Hof is aan dit arrest gehecht.

2. Geding in cassatie

Belanghebbende heeft tegen 's Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een middel voorgesteld. Het beroepschrift in cassatie is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.

De Advocaat-Generaal J.A.C.A. Overgaauw heeft op 15 juli 2004 geconcludeerd tot ongegrondverklaring van het beroep.

3. Beoordeling van het middel

3.1. Het Hof heeft geoordeeld dat de gebruikswaarde van het onderhavige winstrecht geen waardevermindering ondergaat door technische of economische slijtage waardoor zijn prestatiemogelijkheden in de tijd afnemen. Dit oordeel kan als van feitelijke aard en niet onbegrijpelijk in cassatie niet met vrucht worden bestreden. Voorzover het middel inhoudt dat de kostprijs van het winstrecht door middel van afschrijving ten laste van de winst kan komen, faalt het reeds om die reden.

3.2. Voorts heeft het Hof geoordeeld dat goed koopmansgebruik niet toelaat dat belanghebbende bij de waardering van het onderhavige winstrecht - dat recht geeft op een aandeel in de overwinst van een vennootschap onder firma - rekening houdt met een liquidatie van die vennootschap , nu zij niet aannemelijk heeft kunnen maken dat deze binnen afzienbare tijd wordt geliquideerd of dat daarop een behoorlijke kans bestaat.

In het algemeen mag bij de waardering van balansposten met toekomstige onzekere gebeurtenissen slechts rekening worden gehouden indien een behoorlijke kans bestaat dat die gebeurtenissen zich zullen voordoen. 's Hofs oordeel geeft derhalve geen blijk van een onjuiste rechtsopvatting, het is ook niet onbegrijpelijk.

3.3. Uit het voorgaande volgt dat de in het middel vervatte klachten over het oordeel dat het onderhavige winstrecht geen bedrijfsmiddel is, geen bespreking behoeven wegens gebrek aan belang. Ook voor het overige kan het middel niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu het middel in zoverre niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

4. Proceskosten

De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.

5. Beslissing

De Hoge Raad verklaart het beroep ongegrond.

Dit arrest is gewezen door de vice-president A.E.M van der Putt-Lauwers als voorzitter, en de raadsheren F.W.G.M. van Brunschot, P. Lourens, C.B. Bavinck en J.W. van den Berge, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski, en in het openbaar uitgesproken op 17 december 2004.