Hoge Raad, 10-08-2007, AY5995, 43002
Hoge Raad, 10-08-2007, AY5995, 43002
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 10 augustus 2007
- Datum publicatie
- 10 augustus 2007
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2007:AY5995
- Formele relaties
- Conclusie: ECLI:NL:PHR:2007:AY5995
- Zaaknummer
- 43002
Inhoudsindicatie
- tariefindeling van zogenoemde optocouplers,
- tariefposten 8541, 8542, 8543 en 8548 van de GN,
- prejudiciële vragen.
Uitspraak
Nr. 43.002
10 augustus 2007
gewezen op het beroep in cassatie van X B.V. te Z (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van de Rechtbank te Haarlem van 22 december 2005, nr. AWB 05/1482, betreffende een beschikking tot intrekking van bindende tariefinlichtingen.
1. Het geding in feitelijke instantie
Bij beschikking van 17 november 2004 heeft de Inspecteur veertien aan belanghebbende verstrekte bindende tariefinlichtingen ingetrokken, welke beschikking, na daartegen gemaakt bezwaar, bij uitspraak van de Inspecteur is gehandhaafd.
De Rechtbank heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard. De uitspraak van de Rechtbank is aan dit arrest gehecht.
2. Geding in cassatie
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank beroep in cassatie ingesteld. Het beroepschrift in cassatie is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.
Belanghebbende heeft een conclusie van repliek ingediend.
De Staatssecretaris heeft een conclusie van dupliek ingediend.
De Advocaat-Generaal W. de Wit heeft op 5 juli 2006 geconcludeerd tot gegrondverklaring van het beroep en vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank en de uitspraak op bezwaar, alsmede van de intrekkingsbeschikking.
Belanghebbende heeft schriftelijk op de conclusie gereageerd.
3. Beoordeling van 's Hofs uitspraak naar aanleiding van de middelen en ambtshalve
3.1. In cassatie kan van het volgende worden uitgegaan.
3.1.1. Aan belanghebbende zijn in het jaar 2003 veertien bindende tariefinlichtingen verstrekt voor diverse, door haar als optocouplers aangeduide en verhandelde producten.
3.1.2. De optocouplers zijn optische schakelelementen, bestaande uit een lichtgevende diode (een light emitting diode ofwel LED), een kunststof film alsmede een fotodetector. De LED (veelal van galliumarsenidefosfor (GaAsP) of aluminiumgalliumarsenide (AlGaAs) zet inkomende elektrische signalen om in optische signalen, die door de fotodetector worden omgezet in elektrische signalen. De fotodetector kan bestaan uit een fotodiode of een fototransistor. De kunststof film zorgt voor de noodzakelijke galvanische scheiding tussen het "emittor circuit" en het "collector circuit", maar laat de optische signalen passeren. Aldus worden inkomende elektrische signalen overgebracht van het ene naar het andere elektronische circuit, zonder dat deze circuits elektrisch met elkaar zijn verbonden. De onderhavige producten omvatten tevens een geïntegreerde schakeling waarmee uitgaande elektrische signalen worden gestabiliseerd en versterkt.
3.1.3. De hiervoor omschreven onderdelen zijn samengevoegd in een kunststof omhulling. Zij verschillen in samenstelling (één- of tweekanaals, poortaansturing MOSFET of IGBT) en uitvoering (8 pins SO, 8 pins DIP, 16 pins DIP).
3.1.4. De optocouplers zijn bestemd voor inbouw in uiteenlopende elektrische machines, apparaten en toestellen, onder meer communicatie- en computerapparatuur, consumentenelektronica en industriële machines.
3.1.5. In de verstrekte bindende tariefinlichtingen zijn elf typen optocouplers ingedeeld onder post 8541 40 90, één type onder post 8542 29 60 en twee typen onder post 8542 29 70 van de Gecombineerde nomenclatuur (hierna: GN) zoals deze luidde in de versie van Verordening (EG) nr. 1832/2002 van de Commissie van 1 augustus 2002 tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief.
De Inspecteur heeft in 2004 de bindende tariefinlichtingen ingetrokken, omdat hij tot het inzicht was gekomen dat alle in geding zijnde producten moeten worden ingedeeld onder post 8543 89 95 van de GN.
3.2. De Rechtbank heeft geoordeeld dat de optocouplers moeten worden beschouwd als een apparaat met een eigen functie en beslist dat deze moeten worden ingedeeld onder post 8543 89 95 van de GN, zoals door de Inspecteur was bepleit.
3.3. De middelen herhalen het door belanghebbende voor de Rechtbank gehouden betoog dat post 8543 niet van toepassing is.
3.4. De posten 8541 en 8543 luiden als volgt:
8541 Dioden, transistors en dergelijke halfgeleiderelementen; lichtgevoelige halfgeleiderelementen (daaronder begrepen fotovoltaïsche cellen, ook indien samengevoegd tot modules of tot panelen); luminescentiedioden; gemonteerde piëzo-elektrische kristallen.
8543 Elektrische machines, apparaten en toestellen, met een eigen functie, niet genoemd of niet begrepen onder andere posten van dit hoofdstuk.
Hoewel de uiteenzettingen van partijen in de thans gevoerde procedure zich hebben beperkt tot de twee hiervoor vermelde posten, zal de Hoge Raad ook de posten 8542 en 8548 van de GN in de beschouwingen betrekken. Deze posten luiden als volgt:
8542 Elektronische geïntegreerde schakelingen en microassemblages.
8548 Resten en afval, van elektrische elementen, van elektrische batterijen en van elektrische accumulatoren; gebruikte elektrische elementen, gebruikte elektrische batterijen en gebruikte elektrische accumulatoren; elektrische delen van machines, van apparaten of van toestellen, niet genoemd of niet begrepen onder andere posten van dit hoofdstuk.
3.5.1. Vaststaat dat de optocouplers zijn bestemd voor inbouw in uiteenlopende elektrische machines, apparaten en toestellen, en dat zij niet onafhankelijk van de machine, het apparaat of toestel kunnen worden gebruikt. Indien dergelijke goederen zelf geen machine, apparaat of toestel zijn, moeten zij worden ingedeeld met inachtneming van de aantekeningen 2 en 5 van de Internationale Douaneraad (hierna: de IDR) op afdeling XVI van de GN, die als volgt luiden:
IDR-aantekening 2 op afdeling XVI
Behoudens het bepaalde in aantekening 1 op deze afdeling en in de aantekeningen 1 op de hoofdstukken 84 en 85, worden delen van machines (andere dan delen van artikelen bedoeld bij post 8484, 8544, 8545, 8546 of 8547) ingedeeld met inachtneming van de volgende regels:
a) delen die als zodanig onder een van de posten van hoofdstuk 84 of van hoofdstuk 85 (andere dan de posten 8409, 8431, 8448, 8466, 8473, 8485, 8503, 8522, 8529, 8538 en 8548) kunnen worden ingedeeld, blijven onder die posten ingedeeld, ongeacht de machine waarvoor zij bestemd zijn;
b) delen, andere dan die bedoeld onder a) hiervoor, waarvan kan worden onderkend dat zij uitsluitend of hoofdzakelijk bestemd zijn voor een bepaalde machine of voor verschillende onder eenzelfde post vallende machines (met inbegrip van die bedoeld bij post 8479 of 8543) worden ingedeeld onder de post waaronder die machine of die machines vallen of onder een der posten 8409, 8431, 8448, 8466, 8473, 8503, 8522, 8529, 8538, naar gelang van het geval; delen die hoofdzakelijk worden gebruikt zowel voor de goederen bedoeld bij post 8517 als voor die bedoeld bij de posten 8525 tot en met 8528, worden echter ingedeeld onder post 8517;
c) andere delen worden ingedeeld onder post 8409, 8431, 8448, 8466, 8473, 8503, 8522, 8529 of 8538, naar gelang van het geval, of, indien dit niet mogelijk is, onder post 8485 of 8548.
IDR-aantekening 5 op afdeling XVI
Voor de toepassing van vorenstaande aantekeningen heeft het woord 'machine' zowel betrekking op machines als de verschillende toestellen, apparaten, uitrustingen en werktuigen, bedoeld bij hoofdstuk 84 of 85.
3.5.2. Gelet op het bepaalde in IDR-aantekening 2, letter a, op afdeling XVI moet in de eerste plaats worden onderzocht of optisch-elektrische schakelingen als zodanig kunnen worden ingedeeld onder een van de daar vermelde posten.
In middel 1 wordt betoogd dat de optocouplers blijkens de bewoordingen van post 8541 van de GN onder die post moeten worden ingedeeld. Post 8541 heeft onder meer betrekking op lichtgevoelige halfgeleiderelementen waaronder uitdrukkelijk begrepen fotovoltaïsche cellen, ook indien samengevoegd tot modules of tot panelen. In de toelichting van de IDR bij post 8541 worden als voorbeelden van fotovoltaïsche cellen in het bijzonder genoemd fotokoppels en fotorelais bestaande uit luminescentiedioden samengevoegd met fotodioden, fototransistors of fotothyristors. Niet in geschil is dat de onderhavige optocouplers de onderdelen van de hiervoor vermelde soorten bevatten.
De vraag rijst of indeling onder post 8541 van de GN ook mogelijk is wanneer aan genoemde fotokoppels of fotorelais een schakeling is toegevoegd waarmee uitgaande elektrische signalen worden gestabiliseerd en versterkt. Gesteld kan worden dat door de versterkerschakeling de optocouplers meer zijn dan de in de toelichting omschreven voorbeelden van een lichtgevoelig halfgeleiderelement en dat daardoor indeling in post 8541 wordt belet. Daartegenover kan worden gesteld dat voor zover deze geïntegreerde versterkerschakeling enkel beoogt de werking van de stroomdoorgifte te verbeteren en te beveiligen, de aanwezigheid van een dergelijke schakeling de werking of bestemming van het product als lichtgevoelig halfgeleiderelement niet wezenlijk anders maakt zodat indeling onder deze post mogelijk blijft. Aldus wordt door het middel de reikwijdte van post 8541 aan de orde gesteld.
3.5.3. In dit verband is voor de beslissing van de Rechtbank mede richtinggevend geweest de omstandigheid dat in Verordening (EG) nr. 2285/2003 van de Raad van 22 december 2003 houdende tijdelijke schorsing van de autonome rechten van het gemeenschappelijk douanetarief voor bepaalde industrie-, landbouw- en visserijproducten een tijdelijke schorsing is verleend voor het hierna als volgt - en voor zover van belang omschreven - product onder vermelding van post 8543 89 95:
opto-elektronische schakelingen bestaande uit één of meer lichtgevende dioden en een lichtgevoelige diode gekoppeld aan een versterkerschakeling en een geïntegreerde logische poortschakeling of uit één of meer lichtgevoelige dioden en meer dan één lichtgevende diode gekoppeld aan een versterkerschakeling, geborgen in een omhulling van kunststof ....
Aan de omstandigheid dat identieke of soortgelijke goederen in een zogeheten schorsingsverordening worden omschreven en hierin zijn gekoppeld aan een tariefpost - in dit geval post 8543 89 95 van de GN - komt met het oog op de tariefindeling in de GN geen zelfstandige betekenis toe, nu - zoals door de Advocaat-Generaal in onderdeel 4.21 van zijn conclusie nader uiteen is gezet - een schorsingsverordening slechts beoogt de heffing op bepaalde, nader omschreven goederen te schorsen en de vermelding van een tariefpost daarbij slechts als hulpmiddel dient.
Twijfel over de reikwijdte van post 8541 lijkt, gelet op hetgeen hiervoor in 3.5.2 is overwogen, niettemin gerechtvaardigd.
3.6. Voorts rijst de vraag of met inachtneming van IDR-aantekening 5B op hoofdstuk 85 van de GN post 8542 als toepasselijke tariefpost in aanmerking komt. Volgens de toelichting van de IDR op deze post omvat deze post een groep elektrische apparaten met een zeer dichte bezetting van actieve en passieve elementen die een eenheid vormen. De vraag rijst of post 8542 zo moet worden uitgelegd dat producten als de onderhavige optocouplers, die bestaan uit een LED, een fotodetector en een versterkerschakeling, zonder meer als elektronische geïntegreerde schakelingen in gemonteerde staat kunnen worden aangemerkt.
3.7.1. Ten slotte doet zich de vraag voor of de optocouplers onder post 8543 van de GN moeten worden ingedeeld. Zoals hiervoor in 3.5.1 is overwogen, kunnen de optocouplers als zodanig niet los of onafhankelijk worden gebruikt van de machine, het apparaat of toestel waarvoor zij bestemd zijn. Dit brengt mee dat zij in principe niet - met toepassing van IDR-aantekening 2, letter a, op afdeling XVI - voor indeling onder deze post in aanmerking komen.
3.7.2. Onderzocht moet worden of niettemin indeling onder post 8543 mogelijk is op de voet van IDR-aantekening 2, letter b, op afdeling XVI. Dit is het geval indien de optocouplers zijn aan te merken als delen van elektrische machines, apparaten of toestellen, die worden ingedeeld onder post 8543 (elektrische machines, apparaten of toestellen, met een eigen functie, niet genoemd of begrepen onder andere posten van hoofdstuk 85).
Vaststaat dat de optocouplers zijn bestemd voor inbouw in uiteenlopende elektrische machines, apparaten of toestellen, en niet slechts in elektrische machines, apparaten of toestellen als bedoeld in post 8543. Zij zijn niet uitsluitend en ook niet hoofdzakelijk bestemd voor een bepaalde machine of voor verschillende onder eenzelfde post vallende machines in de zin van vermelde aantekening 2, letter b. Dit zou indeling onder post 8543 - waarvan de hiervoor in 3.5.3 vermelde verordening is uitgegaan - onmogelijk maken.
3.8. Indien de optocouplers niet onder een van de hiervoor genoemde posten kunnen worden ingedeeld, rest indeling onder post 8548 met toepassing van IDR-aantekening 2, letter c, op afdeling XVI van de GN.
3.9. Vorenstaande overwegingen leiden tot de slotsom dat de tariefindeling van de onderhavige producten afhankelijk is van de uitlegging van communautaire bepalingen, in het bijzonder van de posten 8541, 8542 en 8543 van de GN. De Hoge Raad ziet aanleiding om op de voet van artikel 234 EG te verzoeken om een prejudiciële beslissing inzake na te melden vragen.
4. Beslissing
De Hoge Raad verzoekt het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen uitspraak te doen over de volgende vragen:
1. Moet een in een omhulling van kunststof geborgen optisch-elektrische schakeling, welke naast een lichtgevende diode (een light emitting diode ofwel LED), een kunststof film en een fotodetector, een versterkerschakeling omvat en bestemd is voor inbouw in onder meer communicatie- en computerapparatuur, consumentenelektronica en industriële machines, worden aangemerkt als een elektrische machine, apparaat of toestel als bedoeld in post 8543 van de GN?
2. Indien sprake is van een deel van een machine, moet het begrip lichtgevoelig halfgeleiderelement (daaronder begrepen fotovoltaïsche cellen, ook indien samengevoegd tot modules of tot panelen) vermeld in post 8541 van de GN zo worden uitgelegd dat onder dat begrip mede valt een optisch-elektrische schakeling als hiervoor omschreven, of moet een dergelijk product vanwege de aanwezigheid van de versterkerschakeling als een elektronische geïntegreerde schakeling in de zin van post 8542 van de GN worden aangemerkt?
De Hoge Raad houdt iedere verdere beslissing aan en schorst het geding totdat het Hof van Justitie naar aanleiding van vorenstaand verzoek uitspraak heeft gedaan.
Dit arrest is gewezen door de vice-president D.G. van Vliet als voorzitter, en de raadsheren P.J. van Amersfoort, P. Lourens, A.R. Leemreis en E.N. Punt, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski, en in het openbaar uitgesproken op 10 augustus 2007.