Home

Hoge Raad, 12-07-2013, ECLI:NL:HR:2013:163, 12/02418

Hoge Raad, 12-07-2013, ECLI:NL:HR:2013:163, 12/02418

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
12 juli 2013
Datum publicatie
24 juli 2013
ECLI
ECLI:NL:HR:2013:163
Zaaknummer
12/02418

Inhoudsindicatie

De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie afgedaan m.t.v. artikel 81 lid 1 RO.

Uitspraak

12 juli 2013

nr. 12/02418

Arrest

gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te ’s-Hertogenbosch van 3 mei 2012, nr. 11/00571, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank te Breda (nr. AWB 11/1466) betreffende de aan belanghebbende voor het jaar 2007 opgelegde aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen.

1 Geding in cassatie

Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal klachten aangevoerd.

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.

Belanghebbende heeft een conclusie van repliek ingediend.

Na het verstrijken van de voor het indienen van een conclusie van repliek gestelde termijn heeft belanghebbende nog een aantal geschriften ingediend. Op deze stukken slaat de Hoge Raad geen acht.

2 Beoordeling van de klachten

De klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3 Proceskosten

De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.

4 Beslissing