Hoge Raad, 20-12-2013, ECLI:NL:HR:2013:2066, 13/04074
Hoge Raad, 20-12-2013, ECLI:NL:HR:2013:2066, 13/04074
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 20 december 2013
- Datum publicatie
- 20 december 2013
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2013:2066
- Zaaknummer
- 13/04074
Inhoudsindicatie
HR: 81.1 RO
Uitspraak
20 december 2013
Nr. 13/04074
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch van 23 juli 2013, nr. 12/00793, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank te Breda (nr. AWB 11/5140) betreffende de aan belanghebbende voor het jaar 2005 opgelegde aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen.
1 Geding in cassatie
Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal klachten aangevoerd.
De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.
Belanghebbende heeft een conclusie van repliek ingediend. Nu deze conclusie bij de Hoge Raad na afloop van de daartoe gestelde termijn is ingediend, slaat de Hoge Raad op dit stuk geen acht.
2 Beoordeling van de klachten
De klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3 Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.