Hoge Raad, 18-10-2013, ECLI:NL:HR:2013:988, 13/00276
Hoge Raad, 18-10-2013, ECLI:NL:HR:2013:988, 13/00276
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 18 oktober 2013
- Datum publicatie
- 21 oktober 2013
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2013:988
- Zaaknummer
- 13/00276
Inhoudsindicatie
HR: art. 81.1 RO.
Uitspraak
18 oktober 2013
nr. 13/00276
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van [X] B.V. te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 4 december 2012, nrs. 11/00511 en 11/00512, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank te Arnhem (nrs. AWB 10/39 en AWB 10/40) betreffende de aan belanghebbende voor de jaren 2000 en 2001 opgelegde aanslagen in de vennootschapsbelasting.
1 Geding in cassatie
Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal klachten aangevoerd.
De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.
Belanghebbende heeft een conclusie van repliek ingediend.
2 Beoordeling van de klachten
De klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3 Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.