Home

Hoge Raad, 31-01-2014, ECLI:NL:HR:2014:203, 13/03594

Hoge Raad, 31-01-2014, ECLI:NL:HR:2014:203, 13/03594

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
31 januari 2014
Datum publicatie
31 januari 2014
ECLI
ECLI:NL:HR:2014:203
Zaaknummer
13/03594

Inhoudsindicatie

HR: 81.1 RO.

Uitspraak

Nr. 13/03594

31 januari 2014

Arrest

gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z], België (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch van 12 juli 2013, nr. 12/00508, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank te Breda (nr. AWB 12/783) betreffende een beschikking als bedoeld in artikel 8a van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen.

1 Geding in cassatie

Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal klachten aangevoerd.

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.

Belanghebbende heeft een conclusie van repliek ingediend.

2 Beoordeling van de klachten

De klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3 Proceskosten

De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.

4 Beslissing