Home

Hoge Raad, 14-02-2014, ECLI:NL:HR:2014:283, 13/00475

Hoge Raad, 14-02-2014, ECLI:NL:HR:2014:283, 13/00475

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
14 februari 2014
Datum publicatie
14 februari 2014
ECLI
ECLI:NL:HR:2014:283
Formele relaties
Zaaknummer
13/00475

Inhoudsindicatie

Art. 59, lid 3, Wfsv; art. 7:610 BW; art. 5 en art. 8, lid 1, letter b, Rariteitenbesluit. Voortzetting HR 17 februari 2012, nr. 11/00371, ECLI:NL:HR:2012:BU8926, BNB 2012/129. Arbeidsverhouding van notarissen-B-aandeelhouders is geen (fictieve) dienstbetrekking.

Uitspraak

14 februari 2014

nr. 13/00475

Arrest

gewezen op het beroep in cassatie van de Staatssecretaris van Financiën tegen de uitspraak van het Gerechtshof te ’s-Gravenhage van 18 december 2012, nr. 12/00169, betreffende een ten aanzien van [X] N.V. te [Z] (hierna: belanghebbende) genomen beschikking op grond van de Wet financiering sociale verzekeringen.

1 Het geding in feitelijke instanties

De Inspecteur heeft ten aanzien van belanghebbende een beschikking genomen als bedoeld in artikel 59, lid 3, van de Wet financiering sociale verzekeringen. Na door belanghebbende daartegen gemaakt bezwaar heeft de Inspecteur de beschikking gehandhaafd.

De Rechtbank te Haarlem (nr. 08/1276) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam.

Dit hof (nr. 09/00475) heeft de uitspraak van de Rechtbank bevestigd.

2 Het eerste geding in cassatie

De uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam is op het beroep van belanghebbende bij arrest van de Hoge Raad van 17 februari 2012, nr. 11/00371, ECLI:NL:HR:2012:BU8926, BNB 2012/129, vernietigd, met verwijzing van het geding naar het Gerechtshof te ’s-Gravenhage (hierna: het Hof) ter verdere behandeling en beslissing van de zaak met inachtneming van dat arrest.

Het Hof heeft de uitspraak van de Rechtbank vernietigd, de uitspraak van de Inspecteur vernietigd en de beschikking aldus gewijzigd dat belanghebbende ten aanzien van de notarissen die middellijk B-aandeelhouder van belanghebbende zijn, niet verzekeringsplichtig is voor de werknemersverzekeringen. De uitspraak van het Hof is aan dit arrest gehecht.

3 Het tweede geding in cassatie

De Staatssecretaris heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld.

Belanghebbende heeft een verweerschrift ingediend. Zij heeft tevens incidenteel beroep in cassatie ingesteld.

Het beroepschrift in cassatie en het geschrift waarbij incidenteel beroep in cassatie is ingesteld, zijn aan dit arrest gehecht en maken daarvan deel uit.

De Staatssecretaris heeft in het principale beroep een conclusie van repliek ingediend.

De Staatssecretaris heeft het incidentele beroep beantwoord.

Belanghebbende heeft de zaak mondeling doen toelichten door mr. M. Mees, advocaat te Amsterdam.

4 Uitgangspunten in cassatie

5 Beoordeling van de in het principale beroep voorgestelde middelen

6 Beoordeling van de in het incidentele beroep voorgestelde middelen

7 Proceskosten

8 Beslissing