Hoge Raad, 07-11-2014, ECLI:NL:HR:2014:3130, 13/05656
Hoge Raad, 07-11-2014, ECLI:NL:HR:2014:3130, 13/05656
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 7 november 2014
- Datum publicatie
- 11 november 2014
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2014:3130
- Formele relaties
- In cassatie op :
- Zaaknummer
- 13/05656
Inhoudsindicatie
HR: 81.1 RO.
Uitspraak
7 november 2014
Nr. 13/05656
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 10 oktober 2013, nr. 13/00050, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank te Haarlem nr. AWB 12/2447) betreffende een ten aanzien van belanghebbende gegeven beschikking inzake motorrijtuigenbelasting.
1 Geding in cassatie
Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal middelen voorgesteld.
De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.
Belanghebbende heeft de zaak doen toelichten door mr. F.H. van der Beek, advocaat te Amsterdam.
2 Beoordeling van de middelen
De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3 Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.