Home

Hoge Raad, 21-02-2014, ECLI:NL:HR:2014:388, 13/03692

Hoge Raad, 21-02-2014, ECLI:NL:HR:2014:388, 13/03692

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
21 februari 2014
Datum publicatie
21 februari 2014
ECLI
ECLI:NL:HR:2014:388
Formele relaties
Zaaknummer
13/03692

Inhoudsindicatie

HR: 81.1 RO.

Uitspraak

21 februari 2014

Nr. 13/03692

Arrest

gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 13 juni 2013, nr. 11/00631, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank te Alkmaar (nr. 10/2168 WOZ) betreffende de beschikking op grond van de Wet waardering onroerende zaken voor het kalenderjaar 2010 betreffende de onroerende zaak [a-straat 1] te [Z].

1 Geding in cassatie

Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een tweetal middelen voorgesteld.

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Langedijk (hierna: het College) heeft een verweerschrift ingediend.

Belanghebbende heeft een conclusie van repliek ingediend.

Het College heeft een conclusie van dupliek ingediend.

2 Beoordeling van de middelen

De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3 Proceskosten

De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.

4 Beslissing