Home

Hoge Raad, 11-04-2014, ECLI:NL:HR:2014:906, 13/02454

Hoge Raad, 11-04-2014, ECLI:NL:HR:2014:906, 13/02454

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
11 april 2014
Datum publicatie
11 april 2014
ECLI
ECLI:NL:HR:2014:906
Zaaknummer
13/02454

Inhoudsindicatie

HR verklaart het beroep in cassatie ongegrond, zie ook 13/02456.

Uitspraak

11 april 2014

Nr. 13/02454

Arrest

gewezen op het beroep in cassatie van de Staatssecretaris van Financiën tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 9 april 2013, nr. 11/00254, betreffende een aan [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) opgelegde aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen.

1 Het geding in feitelijke instanties

Aan belanghebbende is over het jaar 2007 een navorderingsaanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen opgelegd, welke navorderingsaanslag, na daartegen gemaakt bezwaar, bij uitspraak van de Inspecteur is gehandhaafd.

De Rechtbank te Leeuwarden (nr. AWB 10/2532) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld bij het Hof.

Het Hof heeft de uitspraak van de Rechtbank vernietigd, het bij de Rechtbank ingestelde beroep gegrond verklaard, de uitspraak van de Inspecteur vernietigd en de navorderingsaanslag vernietigd.

2 Geding in cassatie

De Staatssecretaris heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een middel voorgesteld.

Belanghebbende heeft een verweerschrift ingediend.

3 Beoordeling van het middel

Het middel faalt op grond van hetgeen is overwogen in het heden in de zaak met nummer 13/02456 uitgesproken arrest van de Hoge Raad, waarvan een geanonimiseerd afschrift aan dit arrest is gehecht.

4 Proceskosten

5 Beslissing