Home

Hoge Raad, 25-04-2014, ECLI:NL:HR:2014:988, 13/01831

Hoge Raad, 25-04-2014, ECLI:NL:HR:2014:988, 13/01831

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
25 april 2014
Datum publicatie
25 april 2014
ECLI
ECLI:NL:HR:2014:988
Zaaknummer
13/01831

Inhoudsindicatie

HR: 81.1 RO.

Uitspraak

25 april 2014

Nr. 13/01831

Arrest

gewezen op het beroep in cassatie van [X] B.V. te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch van 1 maart 2013, nr. 10/00825, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank te Roermond (nr. AWB 07/981) betreffende de aan belanghebbende opgelegde aanslag in de baatbelasting van de gemeente Venlo voor het jaar 1998.

1 Geding in cassatie

Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal klachten aangevoerd.

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Venlo (hierna: het College) heeft een verweerschrift ingediend.

Belanghebbende heeft een conclusie van repliek ingediend.

Het College heeft een conclusie van dupliek ingediend.

2 Beoordeling van de klachten

De klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3 Proceskosten

De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.

4 Beslissing