Hoge Raad, 23-01-2015, ECLI:NL:HR:2015:103, 13/05914
Hoge Raad, 23-01-2015, ECLI:NL:HR:2015:103, 13/05914
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 23 januari 2015
- Datum publicatie
- 23 januari 2015
- Annotator
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2015:103
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHAMS:2013:4008
- Zaaknummer
- 13/05914
Inhoudsindicatie
HR: art. 81.1 RO.
Uitspraak
23 januari 2015
Nr. 13/05914
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 24 oktober 2013, nr. 13/00077, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank te Haarlem (nr. AWB 12/211) betreffende een beschikking inzake de omzetbelasting.
1 Geding in cassatie
Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal middelen voorgesteld.
De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.
2 Beoordeling van de middelen
De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3 Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.