Hoge Raad, 02-10-2015, ECLI:NL:HR:2015:2901, 15/03300
Hoge Raad, 02-10-2015, ECLI:NL:HR:2015:2901, 15/03300
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 2 oktober 2015
- Datum publicatie
- 2 oktober 2015
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2015:2901
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHAMS:2015:2336
- Zaaknummer
- 15/03300
Inhoudsindicatie
HR verklaart het beroep in cassatie n-o.
Uitspraak
2 oktober 2015
Nr. 15/03300
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 11 juni 2015, nrs. 13/00289 en 15/00435 tot en met 15/00452, betreffende de aan belanghebbende over de jaren 1991 tot en met 2000 opgelegde navorderingsaanslagen in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen en over de jaren 1992 tot en met 2000 opgelegde navorderingsaanslagen in de vermogensbelasting, alsmede de daarbij gegeven beschikkingen inzake een verhoging dan wel boeten.
1 Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie
Het beroepschrift in cassatie bevat, hoewel artikel 6:5, lid 1, letter d, Awb dit vereist, niet de gronden van het beroep.
Bij aangetekende brief van 23 juli 2015, die volgens de gegevens van Track&Trace van PostNL is afgeleverd op het door de gemachtigde van belanghebbende opgegeven adres, heeft de griffier van de Hoge Raad belanghebbende in de gelegenheid gesteld dat verzuim te herstellen. Belanghebbende heeft van deze gelegenheid geen gebruik gemaakt.
Nu herstel van het verzuim niet heeft plaatsgevonden, zal de Hoge Raad met toepassing van het bepaalde in artikel 6:6 Awb het beroep in cassatie niet-ontvankelijk verklaren.
2 Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.
3 Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door de raadsheer C. Schaap als voorzitter, en de raadsheren Th. Groeneveld en M.E. van Hilten, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 2 oktober 2015.