Hoge Raad, 23-06-2017, ECLI:NL:HR:2017:1140, 16/04506
Hoge Raad, 23-06-2017, ECLI:NL:HR:2017:1140, 16/04506
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 23 juni 2017
- Datum publicatie
- 23 juni 2017
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2017:1140
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHAMS:2016:3277
- Zaaknummer
- 16/04506
Inhoudsindicatie
HR: 81.1 RO.
Uitspraak
23 juni 2017
Nr. 16/04506
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van [X] Ltd te [Z], Verenigd Koninkrijk (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 4 augustus 2016, nr. 15/00618, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Noord-Holland (nr. HAA 14/3159) betreffende de aan belanghebbende over het tijdvak 1 januari 2008 tot en met 31 december 2008 opgelegde naheffingsaanslag in de loonbelasting/premie volksverzekeringen.
1 Geding in cassatie
Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal klachten aangevoerd.
De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.
Belanghebbende heeft een conclusie van repliek ingediend.
2 Beoordeling van de klachten
De klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3 Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.