Hoge Raad, 29-09-2017, ECLI:NL:HR:2017:2509, 17/02539
Hoge Raad, 29-09-2017, ECLI:NL:HR:2017:2509, 17/02539
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 29 september 2017
- Datum publicatie
- 29 september 2017
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2017:2509
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHSHE:2017:1626
- Zaaknummer
- 17/02539
Inhoudsindicatie
HR verklaart het beroep in cassatie n-o met toepassing van art. 80a RO.
Uitspraak
29 september 2017
Nr. 17/02539
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch van 13 april 2017, nrs. 16/00081 tot en met 16/00085, betreffende een aan belanghebbende ingevolge artikel 52a, lid 1, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen uitgereikte informatiebeschikking met betrekking tot de heffing van inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor de jaren 2009 tot en met 2011 en de heffing van omzetbelasting voor de periode van 1 januari 2009 tot en met 31 december 2013.
1 Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie
De Hoge Raad is van oordeel dat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen omdat de partij die het cassatieberoep heeft ingesteld klaarblijkelijk onvoldoende belang heeft bij het cassatieberoep dan wel omdat de klachten klaarblijkelijk niet tot cassatie kunnen leiden.
De Hoge Raad zal daarom – gezien artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie en gehoord de Procureur-Generaal – het beroep in cassatie niet-ontvankelijk verklaren.
2 Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet‑ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door de vice-president J.A.C.A. Overgaauw als voorzitter, en de raadsheren P.M.F. van Loon en M.E. van Hilten, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski, en in het openbaar uitgesproken op 29 september 2017.