Hoge Raad, 10-11-2017, ECLI:NL:HR:2017:2846, 17/01905
Hoge Raad, 10-11-2017, ECLI:NL:HR:2017:2846, 17/01905
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 10 november 2017
- Datum publicatie
- 10 november 2017
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2017:2846
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHDHA:2017:1389
- Zaaknummer
- 17/01905
Inhoudsindicatie
HR: 81.1 RO.
Uitspraak
10 november 2017
Nr. 17/01905
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 7 april 2017, nr. BK-16/00399, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Rotterdam (nr. ROT 15/7846) betreffende de aan belanghebbende opgelegde naheffingsaanslag in de parkeerbelasting van de gemeente Rotterdam.
1 Geding in cassatie
Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal klachten aangevoerd.
2 Beoordeling van de klachten
De klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3 Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.