Hoge Raad, 12-07-2019, ECLI:NL:HR:2019:1203, 18/04612
Hoge Raad, 12-07-2019, ECLI:NL:HR:2019:1203, 18/04612
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 12 juli 2019
- Datum publicatie
- 12 juli 2019
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2019:1203
- Zaaknummer
- 18/04612
Inhoudsindicatie
HR verklaart het beroep in cassatie n-o met toepassing van art. 80a RO.
Uitspraak
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
BELASTINGKAMER
Nummer 18/04612
Datum 12 juli 2019
ARREST
In de zaak van
[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)
tegen
de STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN
op het beroep in cassatie gericht tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 18 september 2018, nrs. 17/00293, 17/00294, 17/00298 en 17/00299, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Noord-Holland (nrs. 16/3078 tot en met 16/3081) betreffende de aan belanghebbende voor de jaren 2009 tot en met 2012 opgelegde aanslagen in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen, de voor de jaren 2010 tot en met 2012 gegeven boetebeschikkingen en de voor het jaar 2010 gegeven beschikking inzake heffingsrente.
1 Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie
De Hoge Raad is van oordeel dat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen omdat de partij die het beroep in cassatie heeft ingesteld klaarblijkelijk onvoldoende belang heeft bij het beroep in cassatie of omdat de klachten klaarblijkelijk niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad zal daarom – gezien artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie en gehoord de Procureur-Generaal – het beroep in cassatie niet-ontvankelijk verklaren.
2 Proceskosten
De Hoge Raad ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.
3 Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet‑ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door de raadsheer J. Wortel als voorzitter, en de raadsheren A.F.M.Q. Beukers-van Dooren en P.A.G.M. Cools, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 12 juli 2019.