Hoge Raad, 19-07-2019, ECLI:NL:HR:2019:1265, 19/00697
Hoge Raad, 19-07-2019, ECLI:NL:HR:2019:1265, 19/00697
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 19 juli 2019
- Datum publicatie
- 19 juli 2019
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2019:1265
- Zaaknummer
- 19/00697
Inhoudsindicatie
HR: 81.1 RO.
Uitspraak
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
BELASTINGKAMER
Nummer 19/00697
Datum 19 juli 2019
ARREST
In de zaak van
[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)
tegen
het BESTUUR VAN BELASTINGCENTRUM TRIBUUT
op het beroep in cassatie gericht tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 29 januari 2019, nr. 18/00168, betreffende de beschikking op grond van de Wet waardering onroerende zaken en de aanslag in de onroerendezaakbelastingen voor het jaar 2017 betreffende de onroerende zaak [a-straat 1] te [Z].
1 Het geding in cassatie
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van het Hof beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal klachten aangevoerd.
Het bestuur van belastingcentrum Tribuut heeft een verweerschrift ingediend.
Belanghebbende heeft een conclusie van repliek ingediend.
2 Beoordeling van de klachten
De klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3 Proceskosten
De Hoge Raad ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.