Home

Hoge Raad, 09-07-2021, ECLI:NL:HR:2021:1110, 21/00246

Hoge Raad, 09-07-2021, ECLI:NL:HR:2021:1110, 21/00246

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
9 juli 2021
Datum publicatie
9 juli 2021
ECLI
ECLI:NL:HR:2021:1110
Formele relaties
  • In cassatie op: ECLI:NL:CRVB:2020:3150
Zaaknummer
21/00246

Inhoudsindicatie

Art. 8:79, lid 1, Awb: afschrift uitspraak niet ondertekend.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

BELASTINGKAMER

Nummer 21/00246

Datum 9 juli 2021

ARREST

in de zaak van

[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)

tegen

de RAAD VAN BESTUUR VAN DE SOCIALE VERZEKERINGSBANK

op het beroep in cassatie tegen de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 10 december 2020, nr. 18/4156 AOW, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Den Haag (nr. 18/955) betreffende een besluit van de Sociale verzekeringsbank ingevolge de Algemene Ouderdomswet. De uitspraak van de Centrale Raad van Beroep is aan dit arrest gehecht.

1 Geding in cassatie

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep beroep in cassatie ingesteld. Het beroepschrift in cassatie is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.

2 Beoordeling van de middelen

2.1

Belanghebbende klaagt in cassatie onder meer dat de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep niet is ondertekend door de voorzitter en de griffier. Hij wijst er op dat op het aan hem toegezonden afschrift van de uitspraak staat vermeld ‘(getekend) M.A.H. van Dalen-van Bekkum en daaronder (getekend) M. Stumpel’, maar dat die handtekeningen op dit afschrift ontbreken.

2.2

De klacht faalt. Desgevraagd heeft de griffier van de Centrale Raad van Beroep van de ondertekende uitspraak een afschrift aan de Hoge Raad verstrekt, welk afschrift aan dit arrest is gehecht.

2.3

De overige klachten van de middelen kunnen evenmin tot cassatie leiden. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie).

3 Proceskosten

De Hoge Raad ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.

4 Beslissing