Hoge Raad, 24-12-2021, ECLI:NL:HR:2021:1989, 21/02896
Hoge Raad, 24-12-2021, ECLI:NL:HR:2021:1989, 21/02896
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 24 december 2021
- Datum publicatie
- 24 december 2021
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2021:1989
- Formele relaties
- In sprongcassatie op: ECLI:NL:RBNHO:2020:7580
- Zaaknummer
- 21/02896
Inhoudsindicatie
HR verklaart het beroep in cassatie n-o met toepassing van art. 80a RO.
Uitspraak
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
BELASTINGKAMER
Nummer 21/02896
Datum 24 december 2021
ARREST
in de zaak van
[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)
tegen
de STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN,
vertegenwoordigd door [P],
op het beroep in cassatie tegen de uitspraak van de Rechtbank Noord-Holland van 28 mei 2021, nr. HAA 20/1905 V, op het verzet van belanghebbende tegen de uitspraak van de Rechtbank van 5 oktober 2020.
1 Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie
De Hoge Raad heeft de klachten over de uitspraak van de Rechtbank beoordeeld. De procureur-generaal bij de Hoge Raad heeft de gelegenheid gekregen een advies uit te brengen.
De Hoge Raad is tot het oordeel gekomen dat het cassatieberoep duidelijk niet kan slagen. Hij zal daarom gebruikmaken van de mogelijkheid om het beroep zonder verdere motivering niet-ontvankelijk te verklaren (zie artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie).
2 Proceskosten
De Hoge Raad ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.
3 Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door de raadsheer J. Wortel als voorzitter, en de raadsheren A.F.M.Q. Beukers-van Dooren en P.A.G.M. Cools, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 24 december 2021.