Home

Hoge Raad, 24-12-2021, ECLI:NL:HR:2021:1993, 21/03586

Hoge Raad, 24-12-2021, ECLI:NL:HR:2021:1993, 21/03586

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
24 december 2021
Datum publicatie
24 december 2021
ECLI
ECLI:NL:HR:2021:1993
Formele relaties
Zaaknummer
21/03586

Inhoudsindicatie

HR verklaart het beroep in cassatie n-o.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

BELASTINGKAMER

Nummer 21/03586

Datum 24 december 2021

ARREST

op het door P. Dolleman te Doetinchem ingediende beroep in cassatie tegen de uitspraak

van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 13 juli 2021, nr. 20/007041.

1 Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie

1.1

In deze zaak is bij brief beroep in cassatie ingesteld. Het cassatieberoep is gericht tegen een uitspraak van het Hof van 13 juli 2021. Dit beroepschrift in cassatie is ingesteld door een beroepsmatig optredende rechtsbijstandverlener namens [X] te [Z]. De Hoge Raad heeft dat beroepschrift op 20 augustus 2021 per fax ontvangen.

1.2

Artikel 1 van het Besluit van 6 maart 2019, Staatsblad 2020, 992, brengt mee dat een beroepsmatig optredende rechtsbijstandverlener verplicht is digitaal te procederen in die gevallen waarin het beroep in cassatie is gericht tegen een uitspraak die op of na 15 april 2020 is bekendgemaakt. Dat is in deze zaak het geval zodat het beroepschrift in cassatie digitaal, via het webportaal van de Hoge Raad, had moeten worden ingediend.

De griffier van de Hoge Raad heeft de indiener van het beroepschrift daarom bij brief van 27 augustus 2021 (onder meer) verzocht het beroepschrift in cassatie binnen zes weken via het webportaal van de Hoge Raad in te dienen. Deze brief is aangetekend verzonden en is volgens de gegevens van Track&Trace van PostNL afgeleverd op het door de gemachtigde van belanghebbende opgegeven adres. De indiener van het beroepschrift heeft geen gevolg gegeven aan dat verzoek.

Daarom zal de Hoge Raad met toepassing van artikel 8:36a, lid 5, Awb het beroep in cassatie niet-ontvankelijk verklaren.

2 Proceskosten

De Hoge Raad ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.

3 Beslissing

De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk

Dit arrest is gewezen door de raadsheer J. Wortel als voorzitter, en de raadsheren A.F.M.Q. Beukers-van Dooren en P.A.G.M. Cools, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 24 december 2021.