Hoge Raad, 28-10-2022, ECLI:NL:HR:2022:1551, 22/01490
Hoge Raad, 28-10-2022, ECLI:NL:HR:2022:1551, 22/01490
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 28 oktober 2022
- Datum publicatie
- 28 oktober 2022
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2022:1551
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHARL:2022:2151
- Zaaknummer
- 22/01490
Inhoudsindicatie
HR verklaart het beroep in cassatie n-o met toepassing van art. 80a RO.
Uitspraak
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
BELASTINGKAMER
Nummer 22/01490
Datum 28 oktober 2022
ARREST
in de zaak van
[X] te [Z] (hierna: belanghebbende),
vertegenwoordigd door J. Sierts,
tegen
de STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN,
vertegenwoordigd door [P],
op het beroep in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 22 maart 2022, nr. 21/000421, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van Rechtbank Noord-Nederland (nr. LEE 19/3586) betreffende de aan belanghebbende over het jaar 2015 opgelegde navorderingsaanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen en de daarbij gegeven beschikking inzake belastingrente.
1 Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie
De Hoge Raad heeft de klachten over de uitspraak van het Hof beoordeeld. De procureur-generaal bij de Hoge Raad heeft de gelegenheid gekregen een advies uit te brengen.
De Hoge Raad is tot het oordeel gekomen dat het cassatieberoep duidelijk niet kan slagen. Hij zal daarom gebruikmaken van de mogelijkheid om het beroep zonder verdere motivering niet-ontvankelijk te verklaren (zie artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie).
2 Proceskosten
De Hoge Raad ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.
3 Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door de vice-president R.J. Koopman als voorzitter, en de raadsheren J. Wortel en M.T. Boerlage, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 28 oktober 2022.