Hoge Raad, 27-01-2023, ECLI:NL:HR:2023:113, 22/01353
Hoge Raad, 27-01-2023, ECLI:NL:HR:2023:113, 22/01353
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 27 januari 2023
- Datum publicatie
- 27 januari 2023
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2023:113
- Formele relaties
- Aanvraag tot herziening van: ECLI:NL:HR:2022:430
- Zaaknummer
- 22/01353
Inhoudsindicatie
HR verklaart het verzoek om herziening n-o met toepassing van art. 80a RO.
Uitspraak
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
BELASTINGKAMER
Nummer 22/01353
Datum 27 januari 2023
ARREST
in de zaak van
[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)
op het verzoek om herziening van het arrest van de Hoge Raad der Nederlanden van 25 maart 2022, nr. 21/02882, ECLI:NL:HR:2022:430.
1 Beoordeling van de ontvankelijkheid van het verzoek om herziening
De Hoge Raad heeft het verzoek om herziening beoordeeld. De procureurgeneraal bij de Hoge Raad heeft de gelegenheid gekregen een advies uit te brengen. De Hoge Raad is tot het oordeel gekomen dat het verzoek om herziening duidelijk niet kan slagen. Hij zal daarom gebruikmaken van de mogelijkheid om het beroep zonder verdere motivering niet-ontvankelijk te verklaren (zie artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie).
2 Proceskosten
De Hoge Raad ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.
3 Beslissing
De Hoge Raad verklaart het verzoek om herziening niet-ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door de vice-president M.E. van Hilten als voorzitter, en de raadsheren E.N. Punt en J.A.R. van Eijsden, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski, en in het openbaar uitgesproken op 27 januari 2023.