Home

Hoge Raad, 02-02-2024, ECLI:NL:HR:2024:154, 23/02191

Hoge Raad, 02-02-2024, ECLI:NL:HR:2024:154, 23/02191

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
2 februari 2024
Datum publicatie
2 februari 2024
ECLI
ECLI:NL:HR:2024:154
Formele relaties
Zaaknummer
23/02191

Inhoudsindicatie

HR verklaart het beroep in cassatie n-o met toepassing van art. 80a RO.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

BELASTINGKAMER

Nummer 23/02191

Datum 2 februari 2024

ARREST

in de zaak van

[X] (hierna: belanghebbende)

tegen

de STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN,

vertegenwoordigd door [P],

op het beroep in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 25 april 2023, nrs. 21/01821 tot en met 21/018241, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Noord-Holland (nrs. HAA 20/5258, HAA 20/5259, HAA 20/5654 en HAA 20/5655) betreffende aan belanghebbende over de jaren 2014 en 2015 opgelegde navorderingsaanslagen in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen, de aan belanghebbende voor de jaren 2016 en 2017 opgelegde aanslagen in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen en de daarbij gegeven beschikkingen inzake belastingrente.

1 Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie

De Hoge Raad heeft de klachten over de uitspraak van het Hof beoordeeld. De procureur-generaal bij de Hoge Raad heeft de gelegenheid gekregen een advies uit te brengen.

De Hoge Raad is tot het oordeel gekomen dat het cassatieberoep duidelijk niet kan slagen. Hij zal daarom gebruikmaken van de mogelijkheid om het beroep zonder verdere motivering niet-ontvankelijk te verklaren (zie artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie).

2 Proceskosten

De Hoge Raad ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.

3 Beslissing

De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk.

Dit arrest is gewezen door de vice-president J.A.R. van Eijsden als voorzitter, en de raadsheren J. Wortel en A.E.H. van der Voort Maarschalk, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 2 februari 2024.