Rechtbank Amsterdam, 10-07-2013, ECLI:NL:RBAMS:2013:6162, C/13/534453 / HA ZA 13-97
Rechtbank Amsterdam, 10-07-2013, ECLI:NL:RBAMS:2013:6162, C/13/534453 / HA ZA 13-97
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Amsterdam
- Datum uitspraak
- 10 juli 2013
- Datum publicatie
- 25 september 2013
- Annotator
- ECLI
- ECLI:NL:RBAMS:2013:6162
- Zaaknummer
- C/13/534453 / HA ZA 13-97
Inhoudsindicatie
Vonnis in incidenten: bevoegdheid ex artikel 27 EEX verordening; voorlopige voorziening naleving non-concurrentiebeding ex 223Rv; verzoek om aanhouding en voeging met verknochte zaak; in Verenigd Koninkrijk aanhangige zaak betreft deels hetzelfde onderwerp en dezelfde oorzaak, rechtbank acht zich in zoverre onbevoegd; voorshands voldoende gebleken van onmiddelijk dreigend gevaar van overtredeing non-concrrentiebeding, gevorderde dwangsom toegewezen.
Uitspraak
vonnis
Afdeling privaatrecht
zaaknummer / rolnummer: C/13/534453 / HA ZA 13-97
Vonnis in incident van 10 juli 2013
in de zaak van
de naamloze vennootschap
FAIRSTAR HEAVY TRANSPORT N.V.,
gevestigd te Rotterdam,
eiseres in de hoofdzaak,
eiseres en verweerster in de incidenten,
advocaat mr. P.D. Olden te Amsterdam,
tegen
1 [gedaagde 1],
wonende te [plaats], Verenigd Koninkrijk
gedaagde in de hoofdzaak,
verweerder en eiser in de incidenten,
advocaat mr. F.M. Peters te Amsterdam,
2. de rechtspersoon naar buitenlands recht
CADENZA MANAGEMENT LIMITED,
gevestigd te St.Helier, Jersey, Channel Islands
gedaagde in de hoofdzaak,
verweerster en eiseres in de incidenten,
advocaat mr. F.M. Peters te Amsterdam,
3. [gedaagde 2],
wonende te [plaats],
gedaagde in de hoofdzaak,
verweerder en eiser in de incidenten,
advocaat mr. F.M. Peters te Amsterdam,
4. [gedaagde 3],
wonende te [plaats],
gedaagde in de hoofdzaak,
verweerder en eiser in de incidenten,
advocaat mr. G. te Winkel te Amsterdam,
5. [gedaagde 4],
wonende te [plaats], België,
gedaagde in de hoofdzaak,
verweerder en eiser in de incidenten,
advocaat mr. G. te Winkel te Amsterdam,
6. [gedaagde 5],
wonende te [plaats],
gedaagde in de hoofdzaak,
eiser in de incidenten,
advocaat mr. I.M.C.A. Reinders Folmer te Amsterdam.
Partijen zullen hierna Fairstar, [gedaagde 1], Cadenza, [gedaagde 2], [gedaagde 3], [gedaagde 4] en [gedaagde 5] genoemd worden.
1 De procedure
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- -
-
de dagvaardingen tevens houdende incidentele vorderingen jegens [gedaagde 1], Cadenza, [gedaagde 3] en [gedaagde 4], op grond van artikel 223 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) en de artikelen 22, 843a en 843b Rv tot overlegging van stukken (het e-mail incident) en een incidentele vordering jegens [gedaagde 1], op de grond van artikel 223 Rv tot een verbod op overtreding dan wel gebod tot naleving van een concurrentiebeding (het concurrentie-incident), met producties,
- -
-
de incidentele conclusie van [gedaagde 1], Cadenza en [gedaagde 2] op grond van artikel 222 Rv tot voeging wegens verknochtheid en aanhouding van de hoofdzaak, alsmede op grond van artikel 27 van Verordening (EG) nr. 44/2001 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke handelszaken (EEX-verordening) tot onbevoegdheid en artikel 28 EEX-verordening tot aanhouding in het e-mail-incident (het bevoegdheidsincident) en tot aanhouding in het concurrentie-incident, met producties,
- -
-
de incidentele conclusie van [gedaagde 3] en [gedaagde 4] tot voeging en aanhouding van de hoofdzaak, met een productie,
- -
-
de rolbeslissing van 6 februari 2012 en het tussenvonnis van 20 maart 2013 waarbij een comparitie in de incidenten en in de hoofdzaak is gelast,
- -
-
de incidentele conclusie van [gedaagde 5] tot voeging en aanhouding van de hoofdzaak, met producties,
- -
-
de incidentele conclusie van antwoord van [gedaagde 5] in de door [gedaagde 1], Cadenza, [gedaagde 2], [gedaagde 3] en [gedaagde 4] opgeworpen incidenten tot voeging en aanhouding (referte), met producties,
- -
-
de incidentele conclusie van antwoord in het voegings-, aanhoudings- en bevoegdheidsincident van Fairstar, met producties,
- -
-
de incidentele conclusie van antwoord in het concurrentie-incident van [gedaagde 1], met producties,
- -
-
het proces-verbaal van de op 24 juni 2013 gehouden comparitie van partijen en de daarin vermelde stukken.
Ten slotte is vonnis bepaald in de incidenten.
2 De feiten
Fairstar is genoteerd aan de Oslo Stock Exchange, houdt zich bezig met ‘heavy marine transport’ ten behoeve van de offshore industrie en exploiteert in dat kader, thans, vier ‘semi-submersible’ schepen.
[gedaagde 1] en [gedaagde 2] waren gezamenlijk bevoegd [functie] ([functie] respectievelijk [functie]) van Fairstar. [gedaagde 1] verrichtte zijn werkzaamheden voor Fairstar op basis van een daartoe met Cadenza gesloten ‘Service Agreement’. Cadenza wordt (in)direct gecontroleerd door [gedaagde 1]. [gedaagde 3] en [gedaagde 4] waren [functie] respectievelijk lid van de raad van commissarissen van Fairstar. [gedaagde 5] was als ‘[functie]’ in dienst van Fairstar.
Op 3 mei 2011 heeft Fairstar met - onder meer - Guangzhou Shipyard International Copany ltd. (GSI) een ‘Shipbuilding Contract’ gesloten voor de bouw en afname van een vijfde semi-submersible schip, de Fathom, voor een bedrag van USD 111.000.000,00.
Op 12 april 2012 heeft Fairstar haar Annual Report 2011 bekend gemaakt.
Op 22 april 2012 heeft Dockwise Limited (Dockwise Ltd) bekend gemaakt dat zij voornemens was - middels haar dochteronderneming Dockwise White Marlin Ltd. (Dockwise) - de aandelen in Fairstar te verwerven. Fairstar heeft dit als een vijandig bod aangemerkt en daaraan haar medewerking onthouden. In de daarop volgende periode heeft Dockwise een meerderheid van de aandelen in Fairstar verworven.
Op 4 juli 2012 heeft Dockwise de rechtbank Rotterdam verzocht haar te machtigen om een buitengewone vergadering van aandeelhouders bijeen te roepen teneinde de benoeming van drie onafhankelijke leden van de raad van commissarissen te agenderen. Op 12 juli 2013 heeft Dockwise bij de ondernemingskamer van het gerechtshof Amsterdam een enquêteverzoek ingediend met onder meer als inzet de schorsing van [gedaagde 1] en [gedaagde 3] als [functie] en [functie].
Op 14 juli 2012 hebben Dockwise Ltd. en Fairstar een ‘Combination Agreement’ gesloten. De Combination Agreement waarin Dockwise Ltd. en Fairstar worden aangeduid als ‘Parties’ en Fairstar als ‘the Company’ is - onder anderen - door [gedaagde 1] ondertekend namens Fairstar en voor zichzelf. De Combination Agreement houdt, voor zover hier van belang, het volgende in:
“(…) 2.2. Announcement
The announcement of the Transactions will be made (…) by way of a press release issued jointly by Dockwise and the Company (…) attached hereto as Schedule B.
(…)
The management fees payable to Messrs. [gedaagde 1] and [gedaagde 2] for the period until 1 January 2013 (….) shall be paid by the Company (…) on 16 July 2012.
(…)
Governance
(…) the Company shall (…) convene an extraordinary general meeting of Shareholders to be held on 29 August 2013 (…) in order to propose to the Shareholders the following resolutions and recommend their adoption:
a. the appointment of (…) new members of the Management Board and (…) the Supervisory Board,
(…)
c. adoption of the annual accounts regarding 2011,
d. discharge of the Supervisory Board members for their supervision in respect of the financial year 2011,
(…)
In addition (…) immediately after the signing of this Combination Agreement Messrs. [gedaagde 1] and [gedaagde 2] will resign as member of the Management Board. (…) Dockwise will withdraw the request to the Rotterdam court initiated on 4 July 2012 and the inquiry proceedings initiated on 12 july 2012.
(…)
8. NON-COMPETE AND NON-SOLLICITAION
Each of Messrs. [gedaagde 1] and [gedaagde 2] agrees that until 1 July 2014 they will not (i) directly or indirectly or in any way compete with or otherwise be involved in heavy marine transport, transport and installation and logistics (including for the avoidance of doubt by ordering ships), or (ii) poach, approach, entice away or otherwise solicit any employee, client, supplier or other contact of the Group or the Dockwise Group.
(…)
10. Miscellaneous (…)
The parties hereby waive their rights (…) to, wholly or partially, rescind (ontbinden) or nullify (vernietigen) (…) the Combination Agreement. (…)
Schedule B Announcement
Fairstar (…) and Dockwise Ltd. (…) announce their agreement on the recommended acquisition by Dockwise of the remaining shares in Fairstar. (…) Dockwise and Fairstar have both withdrawn all pending legal actions taken towards each other in the last week. They have reached an Agreement that is full and final. It is no longer a matter for the Courts. (…)”
Op 27 juli 2012 heeft KPMG, de accountant van Fairstar, aangekondigd dat zij nader onderzoek zou doen met betrekking tot de controle van de jaarrekening in het Annual Report 2011 in verband met “indications of possible irregularities regarding the disclosure of information on liabilities in the financial statements of 2011”. In een rapport van 16 oktober 2012 heeft KPMG geconcludeerd dat de verplichtingen van Fairstar uit hoofde van het Shipbuilding Contract ten onrechte niet in de jaarcijfers 2011 waren opgenomen.
Uit onderzoek van de server van Fairstar is gebleken dat e-mailcorrespondentie van [gedaagde 1], [gedaagde 3] en [gedaagde 4] daarin niet is terug te vinden. Het e-mailverkeer van en naar de e-mailadressen van [gedaagde 1], [gedaagde 2] en [gedaagde 3] eindigende op …@fairstar.com, werd automatisch doorgezonden naar hun respectieve privé e-mailadressen zonder dat daarvan op de server van Fairstar een kopie of log bewaard bleef.
Fairstar heeft na daartoe op 24 augustus 2012 verkregen verlof op 10 september 2012 onder [gedaagde 3] beslag laten leggen op (gegevensdragers met) e-mails die direct of indirect afkomstig zijn van Fairstar.
Fairstar heeft in september 2012 in het Verenigd Koninkrijk beslag laten leggen op e-mails van [gedaagde 1]. Ter zake van het door Fairstar gewenste afgifte en afschrift van die e-mails is tussen Fairstar en [gedaagde 1] in het Verenigd Koninkrijk een procedure aanhangig bij de Engelse rechter.
Bij verzoekschrift van 7 december 2012 hebben [gedaagde 1], Cadenza en [gedaagde 2] deze rechtbank verzocht een voorlopig getuigenverhoor te gelasten om 18 getuigen te doen horen in verband met tussen hen en Fairstar en Dockwise gerezen geschillen. De eerste verhoren zijn gepland op 11 juli 2013 (hierna: het voorlopig getuigenverhoor).
Dockwise heeft op 10 en 24 januari 2013 [gedaagde 1], [gedaagde 2], [gedaagde 3], [gedaagde 4] en [gedaagde 5] gedagvaard. Die zaak (hierna ook: de Dockwise zaak) is onder zaaknummer C/13/538536 bij deze rechtbank aanhangig.