Home

Rechtbank Amsterdam, 20-02-2020, ECLI:NL:RBAMS:2020:937, AMS 18/4603

Rechtbank Amsterdam, 20-02-2020, ECLI:NL:RBAMS:2020:937, AMS 18/4603

Gegevens

Instantie
Rechtbank Amsterdam
Datum uitspraak
20 februari 2020
Datum publicatie
10 april 2020
Annotator
ECLI
ECLI:NL:RBAMS:2020:937
Formele relaties
Zaaknummer
AMS 18/4603

Inhoudsindicatie

Leges omgevingsvergunning retributie of zuivere belasting?

Uitspraak

Bestuursrecht

zaaknummer: AMS 18/4603

(gemachtigde: E.J.M. Verhagen)

en

(gemachtigde: mr. M. Hop).

Partijen worden hierna [bedrijf] en de heffingsambtenaar genoemd.

Procesverloop

In een besluit van 6 juli 2017 heeft de heffingsambtenaar aan [bedrijf] een voorlopige legesaanslag opgelegd ter hoogte van € 154.834,- (de voorlopige legesaanslag).

Bij uitspraak op bezwaar van 7 juni 2018 (de bestreden uitspraak) heeft de heffingsambtenaar het bezwaar van [bedrijf] tegen de legesaanslag gegrond verklaard.

[bedrijf] heeft daartegen beroep ingesteld. De heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend.

De zaak is behandeld op de zitting van 9 januari 2020. [bedrijf] heeft zich laten vertegenwoordigen door haar gemachtigde. De heffingsambtenaar is verschenen in de persoon van mr. H. Oderkerk, bijgestaan door mr. M. Hop en mr. W.N.C. Verbruggen.

Inleiding

1. [bedrijf] heeft op 22 februari 2017 een omgevingsvergunning aangevraagd voor het bouwen van een nieuwbouwcomplex met dertig woon- en/of werkruimtes en dertig inpandige parkeerplaatsen op het terrein [adressen] in Amsterdam.

2. Voor het in behandeling nemen van de aanvraag heeft de heffingsambtenaar een voorlopige legesaanslag opgelegd. De voorlopige legesaanslag is gebaseerd op de Verordening van de raad van Amsterdam regelende de heffing en invordering van leges 2017 (hierna: de Legesverordening) en de daarbij behorende legestabel. De heffingsambtenaar heeft de voorlopige legesaanslag van € 154.834,- als volgt opgebouwd:

-

Bouwen: € 156.110,-;

-

Legesvrijstelling voor energieopwekking: € 1.276,-.

De heffingsambtenaar is daarbij uitgegaan van de door [bedrijf] in de aanvraag opgegeven bouwsom van [bedrag 1]

3. De voorlopige legesaanslag is na bezwaar gewijzigd vastgesteld op € 153.057,97. Aan de wijziging ligt de legesvrijstelling voor het bouwen van zonnepanelen voor een bedrag van € 95.675,- ten grondslag. De bouwsom is hierdoor verlaagd tot [bedrag 2]

Het standpunt van [bedrijf]

4. Na het arrest van de Hoge Raad van 10 mei 20191 voert [bedrijf] in beroep alleen nog aan dat de leges ten onrechte zijn vormgegeven als een zuivere belasting, hetgeen in strijd is met het karakter van de heffing als retributie. Volgens [bedrijf] staat het bedrag aan leges bij een groot bouwproject als hier aan de orde niet in verhouding tot de door de gemeente daadwerkelijk gemaakte kosten. Bij kleine bouwvergunningen hoeft de aanvrager slechts een fractie van de gemeentelijke kosten door middel van legesheffing te betalen. Ter onderbouwing van dit standpunt verwijst [bedrijf] naar het ‘Rapport Kostprijsonderzoek Omgevingsvergunning 2012’. De legesheffing voor omgevingsvergunningen heeft volgens [bedrijf] geen enkel verband meer met de kosten, de omvang of de aard van de dienstverlening. [bedrijf] vindt dan ook dat de gemeente gebruikmaakt van haar bevoegdheid om retributies te heffen op een wijze die in strijd is met het doel waarvoor deze bevoegdheid is verleend.

Beoordeling door de rechtbank

Conclusie

Beslissing

Rechtsmiddel