Rechtbank Breda, 28-06-2012, BX8198, 11/998
Rechtbank Breda, 28-06-2012, BX8198, 11/998
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Breda
- Datum uitspraak
- 28 juni 2012
- Datum publicatie
- 25 september 2012
- ECLI
- ECLI:NL:RBBRE:2012:BX8198
- Zaaknummer
- 11/998
Inhoudsindicatie
Parkeerbelasting. Belanghebbende is van mening dat hij geen parkeerbelasting was verschuldigd, nu op de automaat als werkingstijd stond aangegeven: “zondag 12.00u - 02.00u” en hij op zondag ná twee uur in de middag zijn auto heeft geparkeerd. De rechtbank overweegt dat in Nederland een 24-uurs tijdsaanduiding gangbaar is en uit de tijdsaanduiding op de automaat niets anders kon volgen dan dat "02.00u" een tijdstip in de nacht betreft. Belanghebbende had uit de volgorde van de tijdsaanduiding kunnen afleiden dat daarmee "maandag 02.00u" werd bedoeld.
Uitspraak
RECHTBANK BREDA
Sector bestuursrecht, enkelvoudige belastingkamer
Procedurenummer: AWB 11/998
Uitspraakdatum: 28 juni 2012
Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak als bedoeld in afdeling 8.2.6 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en artikel 27d van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR) in het geding tussen
[belanghebbende], wonende te [woonplaats],
belanghebbende,
en
de heffingsambtenaar van de gemeente Tilburg,
de heffingsambtenaar.
De bestreden uitspraak op bezwaar
De uitspraak van de heffingsambtenaar van 28 januari 2011 op het bezwaar van belanghebbende tegen de aan belanghebbende opgelegde naheffingsaanslag parkeerbelasting van € 67,10 (aanslagnummer [aanslagnummer]).
Zitting
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 14 juni 2012 te Breda.
Aldaar zijn verschenen en gehoord, belanghebbende, en namens de heffingsambtenaar,
[gemachtigde].
1. Beslissing
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
2. Gronden
2.1. Belanghebbende heeft op zondag 2 januari 2011 zijn auto met kenteken [kenteken] geparkeerd aan [adres] te Tilburg. [adres] is door de gemeente Tilburg aangewezen als plaats waar tegen betaling van de parkeerbelasting kan worden geparkeerd.
2.2. Op de parkeerautomaat aan [adres] staan de volgende werkingstijden aangegeven:
Ma. t/m Zat. 09.00 – 02.00 uur
Zondag 12.00 – 02.00 uur
2.3. Op zondag 2 januari 2011 om 16.02 uur hebben parkeercontroleurs van de gemeente Tilburg de auto met kenteken [kenteken] gecontroleerd. Omdat zij geen parkeerkaartje in de auto aantroffen, hebben zij een naheffingsaanslag parkeerbelasting opgelegd van € 67,10.
2.4. In geschil is of de naheffingsaanslag terecht aan belanghebbende is opgelegd.
2.5. Niet in geschil is dat belanghebbende geen parkeerkaartje heeft gekocht. Belanghebbende is echter van mening dat hij geen parkeerbelasting verschuldigd was, nu hij buiten de aangegeven werkingstijd van de parkeerautomaat zijn auto heeft geparkeerd. Naar de mening van belanghebbende dient de tijdsaanduiding “Zondag 12.00 - 02.00 uur” op de parkeerautomaat immers te worden geïnterpreteerd als zijnde twaalf uur in de middag tot twee uur in de middag. Indien met deze tijdsaanduiding 02.00 uur in de nacht zou zijn bedoeld, had er volgens belanghebbende - zo de rechtbank verstaat - “Zondag 12.00 - maandag 02.00 uur” moeten staan. De mededeling op de parkeerautomaat is volgens belanghebbende dan foutief.
2.6. De rechtbank is met belanghebbende van oordeel dat de door hem voorgestelde tijdsaanduiding op de parkeerautomaat de werkingstijden daarvan kan verduidelijken. Echter, naar het oordeel van de rechtbank kan ook uit de tijdsaanduiding “Zondag 12.00 – 2.00 uur” niets anders volgen dan dat het gaat om een periode van twaalf uur in de middag tot de volgende ochtend twee uur. De rechtbank overweegt daarbij dat in Nederland een 24-uurs tijdsaanduiding gangbaar is, zodat twee uur in de middag wordt geschreven als 14.00 uur. Nu op de automaat 02.00 uur staat aangegeven, betreft dit een tijdstip in de nacht. In de volgorde van de tijdsaanduiding had belanghebbende naar het oordeel van de rechtbank kunnen afleiden dat hiermee maandag 02.00 uur wordt bedoeld.
2.7. Nu belanghebbende zijn auto heeft geparkeerd zonder de daarvoor verschuldigde parkeerbelasting te hebben voldaan, is naar het oordeel van de rechtbank aan belanghebbende terecht een naheffingsaanslag opgelegd. Het beroep is daarom ongegrond verklaard.
2.8. De rechtbank ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
Deze uitspraak is gedaan op 28 juni 2012 door mr. W. Brouwer, rechter, en op dezelfde dag in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van mr. drs. I.E. Rijsdijk-van Eerd, griffier.
De griffier, De rechter,
Afschrift aangetekend verzonden aan partijen op: 12 juli 2012
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak kunnen partijen binnen zes weken na de verzenddatum hoger beroep instellen bij het gerechtshof te ‘s-Hertogenbosch (belastingkamer), Postbus 70583,
5201 CZ ’s-Hertogenbosch.
Bij het instellen van hoger beroep dient het volgende in acht te worden genomen:
1 - bij het beroepschrift wordt een afschrift van deze uitspraak overgelegd.
2 - het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden:
a. de naam en het adres van de indiener;
b. een dagtekening;
c. een omschrijving van de uitspraak waartegen het hoger beroep is ingesteld;
d. de gronden van het hoger beroep.