Home

Rechtbank Den Haag, 27-09-2013, ECLI:NL:RBDHA:2013:14081, AWB-13_4021

Rechtbank Den Haag, 27-09-2013, ECLI:NL:RBDHA:2013:14081, AWB-13_4021

Inhoudsindicatie

In geschil is of X, een Rijnvarende, in 2007 in Nederland premies volksverzekeringen is verschuldigd. De rechtbank oordeelt dat X onder het Verdrag Rijnvarenden valt. X heeft niet aannemelijk gemaakt dat de vennootschap [E], bij wie hij in dienstbetrekking was en in Luxemburg is gevestigd, het schip feitelijk exploiteerde. Hierbij heeft de rechtbank in aanmerking genomen dat Het Luxemburgse Tribunal Administratif heeft geoordeeld dat [E] niet als scheepsexploitant kan worden aangemerkt en de Luxemburgse autoriteiten de SVB hebben geïnformeerd dat [E] zich uitsluitend met het uitlenen van personeel heeft beziggehouden. Voorts oordeelt de rechtbank dat Nederland niet is gebonden aan de E-101 verklaring omdat het Verdrag Rijnvarenden van toepassing is en niet de Verordening nr. 1408/71 van de EU. Tot slot wordt het standpunt van X dat de uitspraak op bezwaar niet zorgvuldig is voorbereid door de rechtbank verworpen.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Team belastingrecht

zaaknummer: SGR 13/4021

proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van 27 september 2013 in de zaak tussen

[X], wonende te [Z], eiser

(gemachtigde: [A]),

de inspecteur van de Belastingdienst /[P], verweerder.

De bestreden uitspraak op bezwaar

Zitting

Beslissing

Overwegingen

Rechtsmiddel