Rechtbank Den Haag, 19-11-2014, ECLI:NL:RBDHA:2014:14470, 14_7761 OB
Rechtbank Den Haag, 19-11-2014, ECLI:NL:RBDHA:2014:14470, 14_7761 OB
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Den Haag
- Datum uitspraak
- 19 november 2014
- Datum publicatie
- 15 april 2015
- ECLI
- ECLI:NL:RBDHA:2014:14470
- Formele relaties
- Hoger beroep: ECLI:NL:GHDHA:2015:2126, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan
- Zaaknummer
- 14_7761 OB
- Relevante informatie
- Algemene wet inzake rijksbelastingen [Tekst geldig vanaf 01-01-2024 tot 01-01-2025] art. 20, Wet op de omzetbelasting 1968 [Tekst geldig vanaf 01-01-2024 tot 01-01-2025] art. 14, Wet op de omzetbelasting 1968 [Tekst geldig vanaf 01-01-2024 tot 01-01-2025] art. 31, Algemene wet inzake rijksbelastingen [Tekst geldig vanaf 01-01-2024 tot 01-01-2025] art. 3
Inhoudsindicatie
Eiser heeft in mei 2012 zonnepanelen gekocht en is vanaf 20 juni 2013 bij de Belastingdienst als ondernemer geregistreerd. Op de factuur voor de aankoop van de zonnepanelen is €1.269 omzetbelasting in rekening gebracht. Voor het tijdvak van 11 september 2013 tot en met 30 september 2013 heeft verweerder bij beschikking teruggaaf omzetbelasting verleend ten bedrage van €1.269. In januari 2014 heeft verweerder voor deze teruggaaf een naheffingsaanslag opgelegd omdat in dit tijdvak geen recht bestond op deze teruggaaf. Artikel 20, eerst lid, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen biedt verweerder de mogelijkheid om ook in dit soort situaties ten onrechte verleende teruggaaf van belasting na t heggen. Eisers beroep op het vertrouwensbeginsel kan niet slagen nu hij niet aannemelijk maakt dat verweerder ondubbelzinnig en ongeclausuleerde mededingen heeft gedaan dan wel handelingen heeft verricht of nagelaten waaraan eiser het gerechtvaardigd vertrouwen mocht ontlenen dat geen naheffingsaanslag zou worden opgelegd. Daarbij heeft verweerder voorafgaand aan de afgegeven teruggaafbeschikking expliciet meegedeeld dat de teruggaaf zou worden geweigerd.
Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
Team belastingrecht
zaaknummer: SGR 14/7761
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van 19 november 2014 in de zaak tussen
[eiser], wonende te [plaats], eiser(gemachtigde: mr. S. van der Hoeven),
en
[P] , verweerder.
De bestreden uitspraak op bezwaar
De uitspraak van verweerder van 1 augustus 2014 op het bezwaar van eiser tegen de naheffingsaanslag omzetbelasting met aanslagvolgnummer [nummer] voor het tijdvak van 11 september 2013 tot en met 30 september 2013 (de naheffingsaanslag).
Zitting
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 5 november 2014.
Eiser is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door [vertegenwoordiger 1] en [vertegenwoordiger 2].