Rechtbank Den Haag, 07-12-2016, ECLI:NL:RBDHA:2016:15777, AWB -16_5929
Rechtbank Den Haag, 07-12-2016, ECLI:NL:RBDHA:2016:15777, AWB -16_5929
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Den Haag
- Datum uitspraak
- 7 december 2016
- Datum publicatie
- 12 juli 2017
- ECLI
- ECLI:NL:RBDHA:2016:15776
- Zaaknummer
- AWB -16_5929
- Relevante informatie
- Successiewet 1956 [Tekst geldig vanaf 01-01-2023 tot 01-01-2024] art. 28
Inhoudsindicatie
De rechtbank stelt vast dat de grieven in het bezwaarschrift zich enkel richten tegen de wijze waarop de bedrijfsopvolgingsfaciliteit door verweerder is toegepast. Tevens stelt de rechtbank vast dat de toepassing door verweerder van de bedrijfsopvolgingsfaciliteit bij het vaststellen van de (primitieve) aanslag, geen wijziging heeft ondergaan bij de vaststelling van de navorderingsaanslag, en de berekening van de belastbare schenking zoals vastgesteld bij (primitieve) aanslag ook overigens niet is gewijzigd bij de navordering. De belastbare grondslag zoals vastgesteld bij de (primitieve) aanslag is, naar verweerder terecht heeft gesteld, enkel in de navorderingsaanslag begrepen vanwege de progressie van het tarief (artikel 28 Successiewet 1956). Tegen die tariefstelling als zodanig zijn door eiser geen bezwaren ingebracht.
Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
Team belastingrecht
zaaknummer: SGR 16/5929
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van 7 december 2016 in de zaak tussen
[eiser] , wonende te [woonplaats] , eiser(gemachtigde: mr. X.G.D.J. Pelt),
en
de inspecteur van de Belastingdienst/Belastingen, kantoor [kantoorplaats], verweerder.
De bestreden uitspraak op bezwaar
De uitspraak van verweerder van 7 juni 2016 op het bezwaar van eiser tegen de opgelegde navorderingsaanslag in het recht van schenking wegens een verkrijging in het jaar 2013.