Rechtbank Den Haag, 20-07-2017, ECLI:NL:RBDHA:2017:8307, AWB - 17 _ 1179
Rechtbank Den Haag, 20-07-2017, ECLI:NL:RBDHA:2017:8307, AWB - 17 _ 1179
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Den Haag
- Datum uitspraak
- 20 juli 2017
- Datum publicatie
- 27 oktober 2017
- Annotator
- ECLI
- ECLI:NL:RBDHA:2017:8307
- Zaaknummer
- AWB - 17 _ 1179
Inhoudsindicatie
In geschil is een aan eiser opgelegde vergrijpboete van 25%. Eiser heeft zijn aangifte laten indienen door een adviseur. De rechtbank is van oordeel dat verweerder niet aannemelijk heeft gemaakt dat eiser dermate licht heeft gehandeld dat het aan zijn grove schuld is te wijten dat aanvankelijk te weinig belasting is geheven. Dat de adviseur ten onrechte panden heeft aangemerkt als ondernemingsvermogen en geen bijtelling privégebruik auto heeft toegepast kan eiser niet worden verweten. Eiser mocht vertrouwen op zijn adviseur en behoefde zich niet te verdiepen in de inhoudelijke aspecten van de hiervoor genoemde op hem toepasselijke belastingregelingen.
Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
Team belastingrecht
zaaknummer: SGR 17/1179
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van 20 juli 2017 in de zaak tussen
[eiser], wonende te [woonplaats], eiser(gemachtigde: P.R. Autar),
en
de inspecteur van de Belastingdienst/Belastingen, kantoor [plaats], verweerder.
De bestreden uitspraak op bezwaar
De uitspraak van verweerder van 6 januari 2017 op het bezwaar van eiser tegen de aan eiser voor het jaar 2012 opgelegde vergrijpboete van € 10.614.