Rechtbank Den Haag, 21-02-2018, ECLI:NL:RBDHA:2018:2045, 17_5344
Rechtbank Den Haag, 21-02-2018, ECLI:NL:RBDHA:2018:2045, 17_5344
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Den Haag
- Datum uitspraak
- 21 februari 2018
- Datum publicatie
- 1 juni 2018
- ECLI
- ECLI:NL:RBDHA:2018:2045
- Formele relaties
- Hoger beroep: ECLI:NL:GHDHA:2019:797, Bekrachtiging/bevestiging
- Zaaknummer
- 17_5344
Inhoudsindicatie
Eiseres heeft niet aannemelijk gemaakt dat zij een alimentatieverplichting had jegens haar ex-partner. Verweerder heeft de door eiseres in haar aangifte opgevoerde persoonsgebonden aftrek terecht buiten aanmerking gelaten. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
Team belastingrecht
zaaknummer: SGR 17/5344
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van 21 februari 2018 in de zaak tussen
[eiseres], wonende te [woonplaats], eiseres(gemachtigde: mr. R.H. van Zon),
en
de inspecteur van de Belastingdienst/Belastingen, kantoor [plaats], verweerder.
De bestreden uitspraak op bezwaar
De uitspraak van verweerder van 21 juni 2017 op het bezwaar van eiseres tegen de voor het jaar 2014 opgelegde aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen.
Zitting
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 21 februari 2018.
Namens eiseres is verschenen haar gemachtigde. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door [persoon 1] en [persoon 2].
De rechtbank heeft het onderzoek ter zitting gesloten en onmiddellijk mondeling uitspraak gedaan.